Tweeëntwintig jaar lang zijn we eropuit getrokken met onze Arca 340 Scout camper, bouwjaar 1994. Nij hebben we hem weggedaan. Met name de motor, een Fiat Ducato 1.9 liter Turbo diesel, leverde ons vele mooie streken. In dit serietje stukjes laat ik enkele ‘avonturen’ de revue passeren, zodat je weet hoe je op bijzondere plekken terecht kunt komen door puur motorpech.
Je kunt niet zeggen dat we die camper maar ongebruikt lieten staan. En dus was er die keer dat we hadden bedacht dat een reis via Barcelona, Granada en Sevilla naar de Algarve wel een goed idee kon zijn. Ik had ook een doel voor ogen: we zouden op bezoek gaan bij een kennis, en ik zou twee interviews maken voor een camperblad waar ik toen voor werkte.
Vlak voordat we Valencia zouden binnenrijden gingen we tanken. En toen liepen we in een taalkundige val. (Nou ja, we: ik dus). In Spanje is diesel ‘gasolio’, en benzine ‘gasolina.’ Dus je voelt hem al aankomen: ik tankte vrolijk 38 liter gasolina in de dieseltank en we gingen welgemoed onderweg. Na veertig kilometer moest ik even stevig remmen en toen begon de motor een enorm bonkende herrie te maken. In een flits zag ik de inrit van een tankstation, stuurde erin – in de vrijloop met gestopte motor – parkeerde daar nog net en realiseerde me meteen wat er gebeurd was.
De ANWB gebeld, als gebruikelijk verscheen binnen een half uur een bergingswagen. We werden opgeladen en er begon een reis door de buitenwijken van Valencia, waar we letterlijk ons hart vasthielden, want ze hebben daar behalve smalle straatjes ook laaghangende balkons. Gelukkig raakten we niks en stopten in een stille straat, waar de camper werd afgeladen en geparkeerd voor een garagebedrijf dat huiselijk onderdeel was van een stel rijtjeshuizen.
Het was inmiddels na één uur namiddag, en dus kon de ‘reparatie’ nog even niet: in Spanje doen ze aan siesta. Op 4 uur konden we terecht. En er was troost: een paar huizen verderop, zei de garagist, was een restaurant waar wij zouden kunnen genieten van het menù del dia.
Dat was nog eens ontdekking, dat menù, bedoel ik. Voor de somma van zeven euro vijftig pp kregen we een bordje soep, een kipschnitzel met frieten en sla, brood, een toetje, een karafje water en een fles wijn.
Het was er gezellig, het garagepersoneel zat er ook te schransen.
We hebben er, na gedane zaken, een paar stoelen uit de camper bijgehaald voor onze eigen siesta op de stoep voor de garage en om stipt 4 uur begon de operatie.
Verbijsterd keken wij toe hoe de garagist een slangetje in de tank stak, de daarin aanwezige brandstof met zijn mond opzoog en de inhoud van de tank eenvoudigweg in een naburig rioolputje liet lopen. Heel zuinig deed hij daarna twee liter diesel in de tank en wees naar een tankstation een paar kilometer verderop, waar we meer konden tanken.
Die nacht kampeerden we ergens in het midden van niks, en van Valencia hebben we nooit, tot op de dag van vandaag, meer iets gezien.
Laatste reacties