Hebben jullie gisteravond laat nog naar die nieuwe aflevering van Keek op de Week gekeken? Ja, nee, ik bedoel niet dat kleine meesterwerkje van Van Kooten & De Bie, maar die geweldige satire die werd opgevoerd door met name mevrouw Sigrid Kaag, politiek leider van D66 en minister van Financiën in het vierde kabinet Rutte. Ik zeg het er maar even bij, want je zou in de verwarring nog vergeten wie wat waar en hoe.
Dat ‘hoe’, dat weten we sinds die opvoering van gisteren natuurlijk nog niet. Wel zagen we Mark Rutte, eerst in Nieuwsuur en toen in het Journaal of andersom, een verhaal ten beste geven zoals hij dat alleen kan: een stroom woorden die stuk voor stuk een staatsman van formaat waardig zijn, maar die in hun samenhang – voor zover daarvan sprake is – neerkomen op: hij praat veel maar hij zegt niks.
Kaag probeerde dat ook, onder moeders paraplu, want het regende, want: Holland. Waar het altijd regent. Ook zo’n waarheid als een koe in de ammoniak. (Ik begin nu zelf ook.)
Kaag legde uit dat ze besloten hadden dat het CDA tijdelijk – een paar maanden, ongespecificeerd, want op die manier is het Prinsjesdag voor je het weet – het kabinet verlaat om bij de boeren te informeren wat de dames en heren precies bliefden en met het ongetwijfeld verrassende resultaat terug te keren in het kabinet.
Wat ik dan weer heel creatief zou vinden: dat het rompkabinet met hulp van een aantal oppositiepartijen intussen een heel progressief milieubeleid op touw heeft gezet, door de beide kamers van het parlement heeft gejast en heeft besloten dat het ook zonder, voorál zonder CDA resultaten weet te bereiken; de hele bevolking blij (op die groep na die net voldoende is voor een halve zetel in het parlement, dus waar heb je het over – wie bedoel je? Ja, de boeren, natuurlijk.)
Het CDA levert het hele archief en overige stukken in bij Lientje1964, Wopke solliciteert naar de functie van ramenwasser in de Zuidas, ons nieuw gecreëerde leger wordt in paraatheid gebracht voor het geval sommige mensen proberen de democratisch genomen besluiten aan de hooivork te rijgen. En ineens is Nederland weer een ordentelijk land dat het verdient lid te zijn van de Europese Unie. Wat zeg ik? Vooraanstaand lid van die unie te zijn, dat geniale organisme, dat het land zoveel welvaart en beschaving heeft gebracht.
Maar de alinea hiervoor is natuurlijk een droomwens. De realiteit eist dat we ons gedurende de komende uren, dagen, weken, maanden, jaren, die zoals bekend als een schaduw heenvliegen, er opnieuw bij neerleggen dat er niet geregeerd wordt, er wordt zelfs niet op de winkel gepast, tenzij dat betekent dat Rutte cum suis gewoon de vervuilers blijven subsidiëren en de vervaardigers van milieuvriendelijke stroom straffen door afschaffing van de salderingsregeling; dat besloten is dat het probleem met de toeslagouders het beste kan worden opgelost door af te wachten tot de laatste overleden is en dat kan natuurlijk ook met de slachtoffers van de gaswinning in Groningen.
Die twee laatste oplossingen kunnen versneld worden doorgevoerd door grote delen van de bevolking uit te sluiten van gezondheidszorg, dat mes snijdt aan diverse kanten, ik hoef dat, neem ik aan, niet voor te rekenen.
Waarna wij naar een rijke, harmonische en beschaafde toekomst kunnen omzien. (besef intussen dat het vandaag 1 april is.)
Tot zover de woorden van het heilig evangelie.
Laatste reacties