Hoe er ineens iets volkomen kan veranderen in je visie op de wereld en omstreken.
Ik sta voor de boekenkast met het eeuwige dilemma: ik heb mijn boek uit, wat zal ik nu eens lezen? Ik wissel ook de talen af, ik heb net een Italiaans boek gelezen, daarvoor een Duitse Krimi, weer daarvoor een Nederlandstalig boek waarvan ik de titel even zou moeten opzoeken.
En dan staat er een boekje voor mijn neus dat ik enkele maanden geleden kocht, toen Matthijs van Nieuwkerk nog een buitencategorie talk host was die ook nog prachtige concerten kon organiseren, geweldige ideeën had en ook uitvoerde over de verspreiding van kennis en wetenschap; die een sentimentele knul was die in snikken uitbarstte bij het graf van Charles Aznavour en zich ook liet vieren als een belezen neerlandicus. (‘Studie niet afgemaakt’ is tegenwoordig een pluspunt.) Die tot zijn pensioen ongetwijfeld zou doorgaan als een cultuurpaus, later wellicht zelfs een elder statesman van eerste orde.
Daar ben ik weer bij dat boekje, waarin een keuze uit het genre ‘kort verhaal’ is opgenomen, een keuze van Matthijs van Nieuwkerk die je vanaf de omslag van het boekje, waarop groot zijn naam, gezaghebbend aankijkt.
Nu ben ik een groot liefhebber van korte verhalen, maar ik heb ook de elf pagina’s in de Volkskrant gelezen over de Werdegang van Matthijs bij de talkshow De Wereld Draait Door, alweer een kleine drie jaar van de buis, en kijk daardoor ineens heel anders aan tegen dat boekje. In plaats van tot zijn pensionering de grand seigneur van het televisiemaken te zijn is hij met een daverende knal van zijn voetstuk gestuiterd. Erg onder de indruk lijkt hij niet te zijn van dit verhaal.
Nou goed, ik lees het boekje en in een de eerste stukjes die ik las komt veel geweld voor. Moet kunnen, een kort verhaal is een kunstwerkje, het gaat om de schoonheid van de taal, en ook nog een beetje om de inhoud. Ik ben zelf geheel idolaat van de werken van Thomas Coraghessan Boyle, die om de haverklap een dikke pil aflevert met korte verhalen die in de daaraan voorafgaande periode zijn gepubliceerd in vooraanstaande literaire bladen in de VS en de rest van de wereld. Allemaal even knap, de plots zijn stuk voor stuk vondsten van niveau, schitterend geschreven, uiteraard zou ik bijna zeggen.
Bij hoog en bij laag is beweerd dat Nederland te klein is voor het korte verhaal, maar dan heeft Van Nieuwkerk daar toch een aardige selectie (in een nogal dun boekje) van weten te maken. En en passant Heleen van Royen indeelt bij de literatuur (en waarom niet).
De cultuurpaus van eerste orde is inmiddels in twee dagen tijd getransformeerd tot een van velen in de categorie waar ook de seksuele overschrijders in medialand hun treurige afgang zitten te overwegen.
Inmiddels nuanceren mensen die ik ook hoog heb zitten het een en ander. Joost Princen schreef in het weekeinde bijvoorbeeld dat het gevaar altijd loert, wanneer je een hogelijk gewaardeerd programma maakt waardoor je je hoog boven alle kritiek verheven gaat voelen. Goed is dat niet, maar het gebeurt gewoon. Andere nuanceringen komen neer op het gezegde van wijlen de Amerikaanse president Harry S Truman: ‘If you can’t stand the heat, get out of the kitchen’ – en ook wordt vaak verwezen naar grote genieën, schrijvers, componisten, beroemde politici die je, bij nader inzien, liever op grote afstand houdt omdat hun karakter past bij de kwaliteit van hun werk: groots en meeslepend maar daarom niet direct leuke luitjes om een borrel mee te drinken, laatst staan als baas te hebben.
Kortom, ik zal die omslag in dat laatste licht nog eens goed bekijken en het boekje uitlezen. Het is hier in de keuken trouwens flink koud.
_______