Het zal 1950/1951 zijn geweest, mijn laatste schooljaar op de lagere school in de Schoolstraat in Nijmegen. De hoofdonderwijzer, tevens onderwijzer van de zesde klas, was al bezig te regelen dat ik naar de HBS op het Canisius College in Nijmegen zou kunnen en niet zoals al jaren alle jongens in de klas naar de MULO, de ambachtsschool of gewoon, naar de fabriek.
Op die HBS merkte ik dat de vooropleiding op de lagere school in diverse opzichten had tekortgeschoten, niettemin nam de hoofdonderwijzer, genaamd Frans Marttin, ruimschoots de tijd om ons twee boeken voor te lezen.
Het eerste was Ik verkoos de vrijheid vanViktor Kravtsjenko, die er zijn vlucht in beschrijft van een gevangeniseiland in de Witte Zee. Ik herinner me weinig van het verhaal.
Wat ze me wel tamelijk helder is bijgebleven is het boek Kon-Tiki van Thor Heyerdahl, een jonge Noorse antropoloog, die het in zijn hoofd had gezet te kunnen en willen bewijzen dat bewoners van de vele eilanden in de Stille Oceaan, bekend als Polynesië, vijftienhonderd jaar geleden met een houten vlot vanuit Peru op die eilanden terecht waren gekomen, en wier afstammelingen er nog steeds woonden; tot dan toe had het vastgestaan dat de bewoners ooit uit het westen waren gekomen, van het Aziatische vasteland.
Op een eiland bij Tahiti, waar hij enige woonde, had hij kennis genomen van de verhalen die daar de ronde deden, over een zekere Tiki die ooit uit het Oosten was gekomen; men beschreef hem zelfs ongeveer het vlot waarop dat was gebeurd. Heyerdahl besloot te bewijzen dat dat verhaal over Tiki inderdaad echt was gebeurd.
Ik heb nu eindelijk de film Kon-Tiki uit 2012 gezien. En vastgesteld, zoals al vaker, dat mijn herinneringen vaak niet kloppen met de werkelijkheid. Heyerdahls ‘schip’ was gemaakt van zeer lichte stammen balsahout, echt een vlot. Het schip dat mij al die jaren sinds 1950 voor ogen zweefde was een echt bootvormig schip, een soort Arabische Dhow, dat door Egyptenaren zou zijn gebruikt om een oceaan over te steken. Het schip was in mijn herinnering gemaakt van papyrus.
Het was met enige spijt dat ik afscheid nam van die romantische illusie, maar de boot in de film naar het verhaal van Heyerdahl zelf, is toch echt overtuigend anders. Samen met een vijftal avonturiers ging hij op 28 april 1947 scheep in Peru; enkele malen ging het bijna mis, door stormen, (walvis)haaien en walvissen, en na 108 dagen en 6880 kilometer varen kwamen de schepelingen aan op het eiland Rarola, een van de eilanden van de Tuamotugroep in Frans Polynesië: het bewijs was geleverd. De Kon-Tiki verging overigens vlak voor de aankomst op het strand van Rarola.
Heyerdahl maakte in latere jaren nog verschillende trips, enkele met naar oude aanwijzingen vervaardigde boten. Daar komt trouwens mijn herinnering van de boot van papyrus vandaan, lees ik op Wikipedia: in de jaren zestig vertrek Heyerdahl met zo’n schip van papyrus, maar kwam niet erg ver, omdat de boot een fatale constructiefout had.
Heyerdahl overleefde al zijn reisgenoten en overleed in 2002.
Je zou hem de laatste romantische ontdekkingsreiziger kunnen noemen.
________