Zo oud ben ik dus inmiddels – dat ik niets begrijp van een halve voorpagina Volkskrant met Henny Vrienten op blote voeten, maar iets meer maar nog altijd erg weinig van het ophemelen van Jan Rot. (Dat zij zich uiteraard voor mijn part mogen verheugen in het aanschijn van God de Vader, dat spreekt uiteraard vanzelf, ik ben geen barbaar.)
En nu ik toch bezig ben met ondermijnen van reputaties: geef het maar toe, jullie willen allemaal net zo rijk worden als Elon Musk, jullie zouden best allemaal een keer meewillen op zo’n milieuverslindend ruimtereisje van een paar minuten en tegen de aanschaf van een Tesla zijn jullie al helemaal niet (geef mij maar een Polestar, al is die Chinees). Waarom dan wel dat verontruste gemompel over Elons aanschaf van Twitter – Elon is al lang Amerikaans genoeg om de censuur op vieze woorden van Twitter één op één over te nemen; als hij er zich al mee zou bemoeien, want hij is, neem ik aan, alweer de deur uit op zoek naar anderen dingen waar hij zijn resterende honderd miljard dollar in kan steken. Zolang dat niet een zwaarbewapend privéleger is, mag hij van mij.
Zo afgehandeld.
Wat doe ik nu met de overige vierhonderd woorden van dit stukje?
Iets met woorden, woorden, woorden.
Juist, iets met puzzels.
Ik heb jullie een poosje geleden al aan de kop gezeurd met mijn nieuwste hobby, het puzzelen, Zweedse puzzels, philippines, kruiswoordraadsels en zo nog het een en ander. Ik kan jullie melden dat het zich ontwikkelt tot een verslaving. Niet dat ik dinsdagmorgen – als het plaatselijk dagblad in totaal drie pagina’s puzzels bevat – om vijf uur achter de voordeur sta om de bezorger de krant uit de vingers te rukken, maar toch.
Aanvankelijk had ik een voorkeur voor de puzzels uit NRC, Volkskrant en VPRO-gids, die allemaal een licht intellectueel tintje hebben en waarvoor je de actualiteit punctueel moet bijhouden. Dat is nog gemakkelijker gezegd dan gedaan, ook voor medepuzzelaars; die laten al een uur na het binnenvallen van de krant hun sporen achter in de diverse puzzelwoordenboeken op internet, op zich een lucratieve tak van de economie die het milieu niet vervuilt. Het gevoel bekruipt mij allengs sterker dat het een vorm van spieken is: je voert de letterlijke tekst van de puzzelvraag in op het zoekvak en lo: het antwoord staat daar al een tijdje te popelen om overgeschreven te worden.
Nee, dan die puzzels uit het plaatselijk dagblad. Die hebben mij inmiddels een geheel nieuw inzicht verschaft: het zo snel mogelijk invullen van zo’n puzzel – de gemiddelde Zweedse puzzel in de krant kost mij maximaal drie minuten – scherpt het brein en houdt de grijze massa lenig.
Je krijgt gaandeweg een flink arsenaal woorden die alleen in puzzelland lijken te bestaan – Griekse letter, vijf letters: keuze uit sigma, omega, gamma, kappa en theta. Pi komt nog wel eens voor, net als ia voor dierengeluid en er voor daar. Meisjesnaam is vaak Ina, ontkenning is nee, water in Friesland is Ee, in Utrecht daarentegen Eem, groot water is uiteraard zee, een Europeaan van drie letters een Est, Rus, Ier of een Let. Schaamte is gêne, maar dan zonder hoedje (die eerste e komt natuurlijk in een kruisend woord en daar ga je dan al.) Getal van drie letters: een, vier, zes of elf, rangtelwoord eerste, derde of zesde, keer is maal, maar maal minder vaak keer. Afijn (ook een frequent voorkomend woord) u begrijpt waar ik heen wil – de woordenschat van de puzzelaar wordt inderdaad op de proef gesteld, maar je zult niet gauw aan duizend stuks komen.
Mijn volgende stap was de aanschaf van puzzelboekjes van Sanders en Denksport, ze liggen gereed in de supermarkt (Jumbo heeft ze zelfs van eigen merk) en er zijn verraderlijk leuke bij. Bovendien staan de antwoorden achterin, waardoor je, behalve je brein je wilskracht ook nog eens oefent – er is echt wilskracht nodig om niet gewoon meteen de gehele inhoud van de oplossing in te vullen. Heel even heb je het gevoel: zo, mooi gedaan, dan realiseer je je toch dat dat in de verslavingswereld neerkomt op een overdosis.
En daar moet je, als altijd, een beetje mee uitkijken.
_________