Door Guido t’Sas
Over Eise Eisinga (Dronrijp 1744 – Franeker 1828) de – je kunt wel zeggen wereldberoemde – bouwer van het planetarium in Franeker, is onnoemelijk veel verteld en geschreven, maar dat heeft als onvermijdelijk geleid tot nogal wat mythevorming. Zo zou de wolkammer dat kunstwerk min of meer heimelijk op z’n eentje in en rond zijn huiskamer in het pandje De Ooijevaar tegenover het Franeker stadhuis hebben gemaakt als een antwoord op allerlei waanideeën die in zijn tijd de ronde deden over het heelal en een verwachte stand van planeten, die het einde van de wereld zou veroorzaken. Met dit soort verhalen rekent Eisinga’s biografie De Hemelbouwer van Arjen Dijkstra grondig af. Dijkstra, directeur van het Groninger Universiteitsmuseum en gespecialiseerd in de geschiedenis van de wetenschap, schreef in heldere, toegankelijke taal ‘het ware verhaal’ over Eisinga en zijn tijd.
Ik ben wel drie keer in dat planetarium geweest en telkens weer was ik zwaar onder de indruk. Dat iemand, bij de toenmalige stand van ‘de techniek’ zoiets kon. Alles te bekijken vanuit de bedstee. (Niet legendarisch is trouwens het verhaal, dat Eisinga zijn ‘uurwerk’ aanvankelijk liet aandrijven door een te lange slinger, wat niet bevorderlijk was voor de nachtrust van hem en zijn vrouw.) Op zolder, te bereiken via een smalle trap, zie je het enorme centrale raderwerk. Ik hoor nog de toenmalige conservator, Harke Terpstra, iedere bezoeker waarschuwen: ‘hoofd en afstapje’.
Eisinga was helemaal geen ‘arme wolkammer’, zoals de legende vertelt, maar had een goed lopende onderneming in het toenmalige lakenstadje Franeker. Hij had het vak bij zijn vader in Dronrijp geleerd, zoals die vader hem ook was voorgegaan in het maken van instrumenten. Het staat vast dat zij samen aan het planetarium hebben gewerkt; een broer verzorgde trouwens het schilderwerk.
De ‘Hemelbouwer’ behoorde tot de gezeten burgerij en schopte het zelfs tot curator van de Franeker universiteit, die meer dan tweehonderd jaar heeft bestaan, totdat ze op last van Napoleon werd opgeheven.
Eisinga was ook politicus op stedelijk en provinciaal niveau. Hij had een bewogen leven in zijn stadje dat rond 1789 een bolwerk van patriotisme was. Na zijn deelname aan die politieke strijd leefde hij enkele jaren als banneling in Duitsland en belandde hij zelfs in de gevangenis.
Maar uiteindelijk kreeg Eise Eisinga – mede door toedoen van vooraanstaande geleerden – de erkenning die hij met zijn vernuft had verdiend.