Sinds 18 april 2012 staat op ons dak een installatie met zonnepanelen, 24 stuks, met een omvormer van het Duitse merk Delta die aan de schoorsteen is gemonteerd. Het is een betrouwbaar systeem gebleken: sinds die dag in 2012 heeft het tegen de vijftigduizend kilowatt elektriciteit geleverd, in die tijd heeft de omvormer driemaal ‘gehikt’: hij startte ’s morgens niet. Even de hoofdschakelaar uit en na een minuut weer aan was de remedie.
Tot zondag 23 augustus jongstleden. ’s Morgens bleek de omvormer niet gestart te zijn. De mededeling op het schermpje van de omvormer opgezocht in het boekje dat erbij hoort: de omvormer is defect en moet terug naar de fabriek.
Einde verhaal dus.
Over dat systeem moet ik nog wat vertellen. In de maand vóór de installatie had ik bij een firma in Maastricht een offerte gevraagd voor dat systeem. De offerte kwam en die leidde binnen de minuut tot het besluit: gaan we niet doen. Men wilde er namelijk 18.500 euro voor hebben. Dat zou ik niet binnen redelijke termijn kunnen terugverdienen; ik weet nu: dat zou minstens 15 jaar geduurd hebben.
Zoon Erik van de overbuurman had bij zijn vader, al enige tijd daarvoor, een systeem met zonnepanelen aangebracht. Zou dat bij mij ook kunnen? Jawel hoor, hoewel hij er geen gewoonte van wilde maken. Er was één voorwaarde: ik moest wat mensen optrommelen om te helpen bij de montage. Zonen en vrienden deden gelijk mee.
Erik had enige ervaring, trouwens: op zijn eigen huis en dat van zijn schoonouders (beide in Duitsland) had hij grote systemen gebouwd, met wel 156 panelen en vijf omvormers.
Hij rekende me op het klassieke bierviltje voor, dat het systeem met 24 panelen 7300 euro zou kosten (van het oorspronkelijke bedrag heb ik de 900 euro btw afgetrokken die ik terugvroeg en kreeg.) En dat leek me wel redelijk – daardoor was het systeem na zes jaar terugverdiend. We bouwden het in 7 uur tijd, en sindsdien heeft het uitstekend gefunctioneerd, zoals gezegd.
Omvormers, dat is bekend, hebben een kortere verwachte levensduur dan zonnepanelen. De panelen kunnen makkelijk 25 jaar mee, de omvormer wordt maximaal gerekend op de helft daarvan. Onze omvormer begaf het helaas al na ruim 8 jaar. Er zat vijf jaar garantie op.
Ik wilde Erik, die luchtverkeersleider is, niet lastig vallen met mijn probleem, dus ging ik op zoek naar een bedrijf dat mij zou kunnen helpen.
Nou, dat bestaat niet, althans niet in de wijde omgeving van mijn woning. ‘Wij werken uitsluitend aan door onszelf aangelegde systemen.’ Bedoeld wordt, denk ik kwaadwillig: ‘Wij hebben het veel te druk met het aanleggen van onze dure systemen om monteurs vrij te maken om problemen met zelfgeknutselde systemen op te lossen.’
Eén bedrijf wilde wel eens iemand sturen om de boel te bekijken, aangekondigd werd alvast dat reparatie, ongezien, tussen de 2000 en 3000 euro zou gaan kosten.
Toch maar bij Erik aangeklopt, die meteen een uitstekend advies gaf: koop gewoon een goede omvormer en monteer die zelf. Dat laatste is voor mij een deur te ver, maar die omvormer leek me wel iets: een GoodWe-apparaat van 703 euro, dat inderdaad vrij gemakkelijk in het bestaande systeem zou kunnen worden ingepast.
Het bedrijf dat de omvormer prompt leverde, kon ook, zoals je mocht verwachten, zorgen voor een monteur, maar die was niet zo prompt: die zou vandaag, bijna twee weken nadat het systeem was stilgevallen, eens kijken of hij nog een gaatje had. Tot nu toe – het is half elf – heeft hij dat gaatje niet gevonden en neemt de telefoon ook niet op.
We moeten de komende jaren allemaal van het gas af en ook overigens energieneutraal worden. In tegenstelling tot wat kennelijk belanghebbende ingenieursbureaus roepen (Dat gaat nooit lukken! De investering verdien je nooit terug!) kan het wel degelijk als de branche die het met de mensen in het land moet realiseren stopt met het streven naar de hoofdprijs. Ik zag bijvoorbeeld bij een van de berekeningen dat een zonnepaneel wel 500 euro kost – mits ingekocht bij een bedrijf als dat in Maastricht in 2012, maar dat stond er niet bij. Mijn zonnepanelen kostten 180 euro per stuk.
Die bedrijven willen dus wel, mits het blijft bij duur verkopen en installeren.
Stel je voor dat mijn huis al energieneutraal zou zijn geweest, bijvoorbeeld met een systeem waarbij stroom uit de zon wordt gehaald en warmte uit de lucht of de bodem, dan was ik mooi klaar geweest – stel je voor dat het tien graden vriest, je systeem stopt ermee en je krijgt te horen dat de monteur eens zal kijken of hij een gaatje heeft, en komt u anders volgende maand nog eens terug. O, dat systeem van u is niet door ons geleverd? Tja, misschien sturen we over zes weken wel iemand die komt kijken wat de mogelijkheden zijn, rekent u op enkele duizenden euro’s, hoeveel duizenden, dat kunnen we niet voorspellen.’
Dus zo ver ben ik op dit moment. Ik heb een mooi systeem dat stroom zou kunnen leveren, maar dat door een storing niet doet.
Achteraf gezien had ik uiteraard eerder al kunnen zoeken naar iemand die in geval van nood snel zou kunnen bijspringen. Maar ja, achteraf is het mooi wonen, zei Theo Maassen al.
Misschien toch eens kijken of Erik nog ergens een gaatje heeft?
PS: Inmiddels kan ik tot mijn vreugde meedelen dat de monteur nu toch morgen om negen uur voor de deur staat. Ik houd u op de hoogte.
PS2: De omvormer hangt en functioneert. De app die de gegevens naar de telefoon stuurt is zozo lala.
_______
Op de foto: Erik aan het werk op het dak, april 2012
_________