Toen ik de berichten las over de aanstaande maatschappij, die het moet doen zonder contant geld, dacht ik twee dingen: wat is er eigenlijk tegen en: ik doe dat zelf al zoveel als enigszins mogelijk.
De ene ondernemer in de kleinhandel hield zich muisstil, weer een ander was helemaal begaan met mensen die blind zijn, oude mensen, analfabeten, digibeten en mensen die niks van al die techniek moeten hebben en dus de mogelijkheid moeten krijgen met klinkende munt te betalen.
En meteen zag ik twee scènes de zich geregeld onder mijn ogen afspelen.
Daar is ten eerste de man die (met name in de levensmiddelengroothandel) de rekening van bijvoorbeeld 500 euro afrekent in munten van twee euro.
En ten tweede de zaken waar gevraagd wordt of je het bonnetje wilt en als je nee zegt, je ziet dat het bonnetje op een apart stapeltje wordt gelegd. Dat kan natuurlijk allemaal heel legitiem zijn, maar ik ben een wantrouwig mens.
Op de echte woeste weekmarkten kun je nog altijd niet met de PIN betalen, en de beste kaasboer van de omgeving weet volgens mij niet eens dat er zoiets als een pinbetaling bestaat.
Het gaat, laat ik het maar ronduit zeggen, al zal het vals en verrajerig klinken: die twee-euromunten komen van een hele duistere plek, de bonnetjes die opzij worden gelegd op dat stapeltje zijn bestemd om niet in de boekhouding te belanden en de marktkooplui, die kopen hun waren ook zwart in.
In ieder geval was het sinds jaar en dag in Italië zo. Vandaar dat je daar sinds een aantal jaren als klant wettelijk verplicht bent ‘lo scontrino’, het bonnetje, te vragen en ook mee te nemen, en die wetgeving is natuurlijk niet voor niks: hoe meer bonnetjes je buiten de boekhouding weet te houden (of zelfs niet maakt, of in de prullenmand gooit) hoe minder BTW je hoeft af te dragen en daar is het in het leven, niet alleen in Italië, toch om begonnen?
Ik ken van nabij mensen die de hulp in de huishouding ook altijd contant betalen, niet zozeer om te voorkomen dat je voor de kadi wordt gesleept omdat je onder het minimumloon betaalt – 13 euro per uur is bóven het minimumloon – maar omdat de hulp in de huishouding ook niet graag BTW afdraagt en al helemaal geen inkomstenbelasting.
Met al of niet bewust als reden dat zwarte economie óók economie is, natuurlijk.
Het is me trouwens herhaaldelijk overkomen dat een winkelier of een marktkoopman me, al of niet bewust, een munt van 500 lire (heel vroeger 25 eurocent) of een munt van 100 Portugese escudo’s (vroegere waarde nog veel minder) overhandigde, als ware het twee euro. Sindsdien gebruik ik die munten om een winkelwagentje los te krijgen.
En misschien ook nog wel eens om iets te betalen. Per ongeluk natuurlijk, ik ben ook maar een mens.
Maar wat ik eigenlijk wilde zeggen: laat het contante geld nog maar even bestaan.
__________