Automatisch dacht ik: aha, het intermezzo uit La Cavalleria Rusticana van Pietro Mascagni, maar een oude getrouwe die naast me zat, wist beter, of liever: werd niet gehinderd door mijn verblinde idee dat het wel een Italiaans stuk muziek moest zijn op deze toch wel heel Italiaans gekleurde crematieplechtigheid – maar het was natuurlijk het Adagietto uit de Vijfde Symfonie van Gustav Mahler.
Dat trouwens ook een Italiaans trekje had: Derk Bogarde in de rol van Gustav von Aschenbach sterft onder begeleiding van dat licht trieste stuk muziek op het strand van het Lido van Venetië, terwijl hij kijkt hoe het jongetje op wie hij verliefd is zich te ver in zee begeeft, in de film Morto a Venezia van Luchino Visconti.
Ook iets anders klopte niet: een vriendin had me geadviseerd toch vooral de uitvaart van de oude Italiaan bij te wonen, met het oog op een unieke reünie van wat zij noemde ‘rimpelig Heerlen’ die erop zou volgen, maar ook die rimpeligheid viel mee.
De oude Italiaan was Luigi ‘Gigi’ Belfi, in april 1931 geboren in Vodo di Cadore in de Italiaanse provincie Belluno, waar omheen de Dolomieten als een onwerkelijk, in zijn schoonheid werkelijk overdreven filmdecor de eeuwige achtergrond vormen.
Ik ben wel eens in Vodo geweest. Op het kerkhof aldaar vind je de namen van veel in Nederland neergestreken ijsbereiders: Belfi, Talamini, Sammicheli, Gregori.
En zo kon het gebeuren dat een familie Belfi het middelpunt gingen vormen van het sociale leven in Heerlen. Dino, Gigi’s broer bleef tot zijn overlijden de eerste Belfi-vestiging in de Heerlense Oranje Nassaustraat exploiteren, Gigi begon een ijssalon in de Akerstraat, strategisch gelegen bij het toenmalige Sint Jozelfziekenhuis. De zaak was zorgvuldig aangepakt: ontworpen door architect Laurens Bisscheroux, ingericht door kunstenaar Theo Lenartz, die laatste was, in de tachtig maar springlevend, aanwezig op Gigi’s uitvaart.
In die zaak kwam ooit ‘de jeugd’ van Heerlen bijeen, Luigi herinnerde zich dat menige vaste relatie dáár begonnen was.
Toen het ziekenhuis verhuisde, was het voor de Belfi’s ook tijd om te verkassen. Op de Promenade een groot uitgevallen kiosk met zonnig terras – altijd druk, druk druk. En als je gezien wilde worden in Heerlen moest je bij Gigi of bij Dino zijn – ze hadden beiden een eigen publiek met een fikse onderlinge overlap.
Dat ’gezien worden’ kon ook elders, in Café Bijsmans bijvoorbeeld, met ook daar die overlap, met het accent op bierdrinken; bij Belfi kon je naast voor ijs ook terecht voor wijn en koffie en een eenvoudige maaltijd naar Italiaanse snit toen dat in Nederland nog geen hype was. Je zag er de notaris met zijn tweelingbroer de juwelier en beider moeder, menig kunstenaar, journalisten, politici, de cartoonist en de fotograaf van de krant, mensen die werkten bij afkortingen: DSM, ABP, CBS. En de ‘Heerlense chique’.
En veel Italiaanse immigranten, op de voet gevolgd door een vast groepje Marokkanen.
Achter de bar de altijd glimlachende Gigi en in toenemende mate zijn zoon Giampaolo.
Ik interviewde Gigi in 1986 en hij vertelde dat hij toch het liefst in Vodo was, in Nederland luisterde hij altijd naar de Italiaanse radio, draaide hij Italiaanse muziek, las hij boeken over de bergen.
Hij had in Vodo zelfs nog een functie: hij was lid van de ‘Regole’, een orgaan dat bestond naast de gemeenteraad en dat onder andere de bossen rond het dorp beheerde, gemeenschappelijk bezit van de dorpelingen.
De salon loopt zo te zien nog altijd goed. Gigi was op zijn zeventigste met pensioen gegaan (en zou op 29 april 87 zijn geworden) en zijn zoon is daar binnen afzienbare tijd ook aan toe. De zaak in de Oranje Nassaustraat bestaat niet meer, een andere broer van Gigi, Ennio heeft al jaren geleden de eigen ijsfabriek van La Veneziana gesloten.
En de Heerlense chique, die is danig afgekalfd. Menigeen was zelfs niet meer in staat Gigi’s uitvaart bij te wonen.
Door fysieke problemen of erger, zullen we maar zeggen.
_________
De foto sierde mijn interview met Gigi in het Limburgs Dagblad van 19 juli 1986. Wellicht gemaakt door Dries Linssen.
_______