Door Peter Stiekema
Om te beginnen: ik zit niet op Facebook, LinkedIn (dat lijkt me maar een link ding) Tinder, Twitter, of hoe al die apps waar kennelijk heel Nederland op de een of andere manier op geabonneerd is, dan wel lid van, ook mogen heten. En ik doe geen bankzaken via internet. Want volgens mij is Internet zo lek als een mandje. Mijn computer gebruik ik vooral als Olivetti (schrijfmachine) om wat stukjes te schrijven voor onder meer deze site en af en toe filmpjes of live-wielerwedstrijden te bekijken, via een livestream. En om mailtjes te sturen in plaats van kaarten.
Ik begrijp absoluut niet wat de lol van Facebook etc. is, om bijvoorbeeld te lezen wat mensen al dan niet hebben gegeten, of waar zij zich anderszins mee bezig (onledig is misschien een beter woord) hebben gehouden. Ik begrijp dat ik mezelf daarmee meteen tot zonderling verklaar. So be it, in goed Nederlands.
Wat me vooral opvalt, overal waar ik kom, op terrasjes, in restaurants of in wachtkamers: mensen praten niet meer met elkaar. Voorbeeld: Er zitten drie jonge mensen aan een bar, kennelijk vrienden, en ze hebben allemaal een telefoon in hun handen, of hoe heet zo'n ding tegenwoordig (iPhone?). Alle drie zijn ze driftig aan het tikken, maar ze wisselen geen woord. Alleen laten ze elkaar af en toe hun beeldschermpje zien, waarop zich kennelijk iets leuks(?), iets opwindends(?), of iets buitengewoon smerigs(?) afspeelt. Daarna tikken ze rustig verder, nieuwe 'humor' tegemoet. Of het echtpaar, tegenover elkaar aan een tafeltje in een restaurant, dat elkaar kennelijk niets meer te zeggen heeft en zich uitsluitend bezighouden met hun telefoons. Er de slaaf van zijn. De ondragelijke leegheid van het bestaan ten voeten uit.
Het zijn maar enkele voorbeelden, maar als we zo nog twintig jaar doorgaan zijn er nog maar heel weinigen die nog een coherente zin kunnen uitspreken, en ook nog op papier kunnen krijgen. Niet voor niets werd vandaag de alarmbel geluid over de kwaliteit van ons onderwijs, dat de afgelopen twintig jaar kennelijk schrikbarend achteruit is gegaan, zowel het basis- als het middelbaar onderwijs. En als je de taalbeheersing van afgestudeerden aan instellingen van hoger onderwijs in ogenschouw neemt, dan valt ook voor dat niveau te vrezen.
Vroeger, op de HBS, had je een debatingclub, waar je in het openbaar leerde spreken, waar je correct Nederlands diende te bezigen en waar je leerde te discussiƫren en getraind werd in de omgang met anderen. Ik denk niet dat zoiets nog bestaat, misschien op een gymnasium hier of daar. Het gebrek aan opvoeding, ook taalkundig, is misschien wel een van de hoofdoorzaken van de steeds verder gaande verruwing van de maatschappij, het totaal ontbreken van respect (sommigen kunnen dat woord wel uitspreken, maar schrijven wordt al een stuk moeilijker en in de praktijk brengen? Jammer maar helaas.
Laten we, indachtig een oude hit van Cliff Richard, weer proberen met elkaar met woorden te communiceren en niet via allerlei dubieuze instellingen op internet. We don't talk anymore', waarschuwde hij al in 1979.