Je kon gewaarschuwd zijn, want op de omslag van het magazine genaamd Exclusief van horecagroothandel Sligro steekt een goudgelakte kreeft zijn middelvinger op naar de toeschouwer. Het nummer heeft dan ook als titel ‘Over the top’, en dat heeft niks met wielrennen te maken – het is de Amerikaanse uitdrukking die zoiets betekent als ‘totaal overdreven’. En de inhoud van het blad maakt het helemaal waar.
Tegen de tijd dat je er klaar mee bent heb je visioenen van dikke vette Romeinen die aanliggen aan een diner waar de gebraden en in bladgoud gewikkelde pauwentongetjes je rechtstreeks in de mond vliegen, alwaar ze worden weggespoeld met wat destijds het equivalent zal zijn geweest van dure champagne. Uiteraard staat Rome in brand en bonken de barbaren op de stadspoorten, want als het over the top moet zijn, dan maar echt helemaal over the top.
Wat mij betreft echt helemaal over the top en zelfs alle grenzen voorbij is, zijn de bewonderende woorden van corporate executive chef bij Galley Cuisine VIP Inflight Catering in Amsterdam, Bo Tan – die haar functie benadrukt met een enorme zwarte ziekenfondsbril – voor de president van het Afrikaanse staatje Gabon, waar het grootste deel van de bevolking haar kostje letterlijk bijeen moet schrapen uit de snel verwoestijnende landbouwgrond. Die president heeft namelijk het mooiste vliegtuig, ‘absurd groot en op en top design, van de cockpit tot de staart. Iets wat (moet zijn: dat, natuurlijk, SB) je niet verwacht van een toestel uit een Afrikaans land.’ En dat deed me dan weer denken aan keizer Bokassa van de Centraal-Afrikaanse Republiek. Die trouwens ook alweer twintig jaar in de hemel is.
Het interview met Bo Tan brengt me trouwens weer terug bij de ouwe vertrouwde Sligro, als ze zegt dat vooral Nederlandse VIP’s – ze catert, zoals de naam van het bedrijf al zegt, uitsluitend voor VIP’s – wel eens een broodje pindakaas bestellen of een bord zuurkool. Hetgeen op zich natuurlijk wel weer een beetje over the top genoemd kan worden. Ik mis het glaasje melk erbij.
Maar dan zijn we ook echt helemaal terug bij de Sligro, die toch vooral de lokale horeca van grondstoffen voorziet. Ik veronderstel dat de sjieke restaurants in de omgeving – niet dik gezaaid trouwens – aan huis bezorgd krijgen. Ik kom, als kleinverbruiker uiteraard alleen maar in de winkel en daar zie ik toch voornamelijk vertegenwoordigers van friettenten en Chinese restaurants rondscharrelen tussen de horden bejaarden die de toegangskaart van het verzorgingstehuis gebruiken om binnen te komen. (Ik vat kort samen, natuurlijk.)
Nou goed, ik zou de Sligro (en de Hanos en de Makro) niet kunnen missen omdat ik op sommige gebieden een aparte smaak heb en de gewone supermarkten die niet allemaal kunnen bevredigen; dus niet zeuren.
Hoewel.
Gruyèrecake met oesterblad & passievrucht (het ziet eruit als een vrijwel leeggegeten bord), gefermenteerde rodekool met mosselen & mango, gegratineerde hazenrug met krab & wildsaus van chocola en parelhoenpakketje met koolraappuree & koffiesaus – ik zou er niet op gekomen zijn. Evenmin als op een Peruviaans aardappeltorentje met kabeljauw & garnaal of lauwwarme millefeuille met krokante zwezerik & roodlof. Hoewel? ‘Het moet er lekker uitzien, zegt een van de in het blad geïnterviewde chefkoks, en verdomd, dat doet het.
Maar ik heb nog één vraag: waarom moet wagyu-vlees, een Japanse specialiteit, uit Uruguay komen?
En o ja, in restaurant De Leuf in het hier naburige Ubachsberg – ik heb in het begin van de jaren zeventig nog eens op het punt gestaan die carréboerderij te kopen, voor 46.000 gulden – serveert de chefkok makreel met knolselderij, onrijpe aardbeien & kruiden, en die onrijpe aardbeien moeten, let op, minstens één maand tevoren gepekeld worden. Huh?
_________