Een klein gaatje in de op zich tamelijk grote omvang van mijn nutteloze kennis: altijd gedacht dat Sinterklaas op 5/6 december echt iets exclusiefs was voor Nederland, België & Koloniën – op dat laatste worden wij de laatste tijd herhaaldelijk met d’n neus gedrukt – maar maandag werd ik opnieuw met de neus gedrukt, nu op aanvullend feitenmateriaal, toen ik werd uitgenodigd mijn zoon met mijn schoondochter en hunne twee kinderen te vergezellen op een reisje in Duitsland met een uitermate ouderwetse stoomtrein die, behalve door een echte conducteur, ook bezocht werd door Sinterklaas en Zwarte Piet.
Dat laatste klopt alvast niet, zoals blijkt uit bijgaande foto: Sinterklaas werd vergezeld door een man in een zwart pak dat sterk deed denken aan een monnikenhabijt; zijn gezicht vertoonde de inmiddels hier te landen welbekende roetvegen. Hoe je in zo’n jurk door een schoorsteen kunt, dat blijft mij zijdelings nog wel even bezighouden.
Zo niet de kinderen die ook aan het reisje deelnamen. Men stelle zich voor dat het smalspoortreintje voor van tien wagons dat achter een amechtig hijgende stoomlocomotief vijfenhalve kilometer rijdt in, naar ik nu maar aanneem, want veel informatie krijg je niet, de Kreis Heinsberg, en wel in de gemeente Gangelt – meer in het bijzonder: het treintje heet Selfkantbahn, dan weet u misschien wel waar ik het over heb.
Dezer dagen rijdt het treintje een aantal keren heen en weer tussen de eindpunten, afgeladen met belangstellenden voor ‘der Nikolaus’; alvorens de terugreis te aanvaarden krijgen de deelnemers, groot en klein in een grote tent nog een officiële ontvangst door de Nikolaus te verwerken. Met koek en zopie.
Mij viel op dat deze Niek niet zo’n jolige lolbroek was als die van ons doorgaans zijn, althans, hij vroeg alle kinderen die tot hem kwamen ‘wie heisst du,’ en daarna ”hast du noch eine Ansprache’ en dan volgde er een versje of een liedje. Maar de Sint in kwestie was nog jong., hij zal de komende jaren beslist leren wat vrijer op te treden. Hi fiven met de kinderen, bijvoorbeeld, dat doen ze graag en met verve (auw).
Na een half uurtje was het weer tijd om te breken en reisden we terug naar het beginpunt, waarbij kleine (Duitse, Nederlandse heb ik niet gezien) jongetjes toonden dat je met afbreken van treinen vroeg moet beginnen. Gelukkig kon dit treintje er goed tegen, mede gezien de beperkte duur van de rit kwamen ze niet erg ver, maar ze maakten wel veel lawaai. En ze konden ook enorm hi-fiven, viel me op, ik voel het nog in mijn hand. Wel bleken ze allemaal in het bezit van een geldig plaatsbewijs, dat ze keurig ter perforatie aan de Schaffner overhandigden.
Zodat er geen sprake was van zwart, oh sorry: beroet reizen.
Onderweg deelde Nikolaus tasjes met een Weckemann en nog wat kleinigheden, gesponsord door de treinclub en door de plaatselijke neringdoende middenstand; de kleine medereizigers stortten zich er gretig op.
En toen was het allemaal reuze leuk en gezellig en genoeg geweest.
Oh ja, ik speelde nog een belangrijke rol: vijf van genoemde jongetjes waren het met elkaar eens: ik was ‘ein echter Opa’.
Ik glimlachte daarbij als een boer die te veel speculaas heeft gegeten en ik hoopte maar dat ik het gerust positief en aardig bedoeld kon opvatten. Je weet het maar nooit, tegenwoordig, met die gehaaide rotzakjes.
_________