Terwijl wij krakkemikkige gepensioneerden gewoon doorploeteren, nemen de columnisten die door de week en vooral op zaterdag ons in de dagbladen een stichtelijke leidraad voorhouden het ervan, ondanks dat het begrip komkommertijd de laatste jaren sterk aan betekenis heeft ingeboet.
Ik vertel niks nieuws, merk ik.
In het Volkskrantkatern waarmee we het tot eind augustus op zaterdag moeten doen, en dat er voor de lezer die hecht aan een vaste vormgeving uitziet alsof ze tijdens de samenstelling nogal beschonken waren op de redactie, zie ik een nieuw rubriekje dat heet Lexicon der onterecht vergeten woorden, eerste aflevering: de dooievisjesvreter. Waarbij ik maar meteen wil opmerken dat er blijkbaar ook behoefte is aan een lexicon van ten onrechte bestaande woorden, zoals het woord onterecht. Ja ik weet het, het staat tegenwoordig gewoon in Van Dale, waarop ik dan, zeer ter snede (ten onrechte vergeten woord; nopens, ook) opmerk: jawel, maar daar staat tegenwoordig ook straattaal in, waardoor het gezag van dat leidinggevende boek – noem het gerust, en in dit geval terecht, een lexicon – der Nederlandse Taal althans voor mij een geduchte knauw heeft gekregen.
Onterecht, mijne dames, mag voor taalnazi’s als ik, uitsluitend gebruikt worden als onderdeel van corpsballen-Nederlands, en dan ook nog uitsluitend in de combinatie onterechte klootzak.
Maar ik vertel hoop ik niks nieuws.
Over nieuws gesproken: de Volkskrant en menige andere krant hier te lande (ook een mooie uitdrukking die te weinig wordt gebruikt) blijken de krant al om kwart voor elf namiddag te laten zakken (vakterm), zo gewerd (ook al vergeten) mij uit het Woord van d’n hoofdredacteur in diezelfde Volkskrant, hetgeen ik onthutsend (te weinig gebruikt) zou willen noemen. Ik bedoel, die krant valt acht (8) uur later bij mij in de bus! De laatste keer dat ik eindredacteur van een dagblad was zakte de krant om half twee voormiddag, mijne dames en heren collegae (ook weinig meer toegepast) en dan kon je met een beetje smoezen op de zetterij de aankondiging van het voorgenomen bezoek van president Nixon aan China (voor wat pingpongdiplomatie, ook mooi) om half vier op de telex (in onbruik geraakt – onbruik zelf ook) zelfs nog als laatste nieuwtje eigenhandig zelf aan steen (vakterm) in pagina 1 frommelen.
Daar staat tegenover dat diezelfde hoofdredacteur in datzelfde stukje zijn bloedeigen zoon lamstraal noemt – ook al een fraai en buitengewoon nuttig woord.
Een en ander is uiteraard wel oud nieuws uit de categorie Ga even zitten, jongen, dan vertelt je grootvader nog eens van vroeger.
Hoe dan ook, de lezertjes van diverse kranten moesten het gistermorgen doen zonder Nice, en vanmorgen zonder mislukte staatsgreep in Turkije – volledigheidshalve (de telefoon kent dit woord niet, dus ook al ten onrechte vergeten) moet ik erbij vermelden dat ik vier weken Trouw heb, met het oog op een mij daarvoor beloofd gratis boek en dat die krant over die staatsgreep wel degelijk een, zij het ietwat (oud woord) slordig vormgegeven stukje op de voorpagina had – daar kennen ze het verschijnsel laatste nieuwtje blijkbaar nog.
Intussen beginnen we ook al beetje blasé (mooi woord) te worden van de aanslagen. Nog maar enkele weken geleden stroomde Twitter bij elke aanslag helemaal vol met tweets als deze: ‘#aanslag Wat afschuwelijk toch, alle nabestaanden van harte gecondoleerd’, maar dat bleef dit keer (dat mag, dit keer, lekker ouderwets) vrijwel geheel achterwege (ook oud aan het worden).
En dat is dan wel iets nieuws. Ten onrechte, uiteraard.
Met de dooievisjesvreter was ik wel blij, maar dit terzijde.
________