Zelfs naar de onthoofdingen door IS heb ik niet willen kijken – men kan ook te veel vragen van een mens. Maar de afgelopen dagen heb ik een mevrouw in Heerenveen op de tv wel tweemaal zien doodgaan. Eerst in een fragment in De Wereld Draait Door en daarna, gisteravond, in de documentaire ‘De Levenseinde Kliniek’. Haar moeder en zuster zaten er bij te snikken, haar echtgenoot zat naast haar op de bank en hield haar stevig vast, de dokter drukte langzaam een spuit leeg in haar arm en terwijl ze buiten westen raakte zag je haar gezicht bleek worden. Zo gaat iemand dood.
Nauwelijks vierentwintig uur daarvoor had ik haar nog met de auto naar de ijsbaan Thialf zien rijden samen met haar man – hij heeft geen rijbewijs, zij wel. Ze zat lekker naar het schaatsen te kijken en ging daarna nog gezellig mee, een glaasje drinken in hun stamcafé, waar het gespreksonderwerp was: dat ze morgen, maandag, gedood zou worden, pardon, euthanasie zou krijgen.
‘Huppekee, weg’, noemde ze het zelf, want ze leed aan een zeldzame vorm van dementie, waar ik ook nog nooit van gehoord had: semantische dementie. Dat wil zeggen dat ze niet haar spraakvermogen maar wel haar taal was kwijt geraakt, op die paar woorden na. Ze had trouwens nog een paar andere woorden, zoals ‘ja’ op de vraag of ze dood wilde, en ‘nou, daar’ om een plaats aan te wijzen waar ze wilde sterven. Die laatste wens werd niet vervuld – waarom, dat weet ik niet, als ik kwaadwillig was zou ik denken dat de cameraploeg en de regisseur het interessanter vonden wanneer ze op de bank bleef zitten naast haar man.
Daar ging ze dus, een pronte, gezond ogende en robuuste Friezin die inderdaad voornamelijk nog zei ‘huppekee, weg’, en die voor het overige vooral afwezig en licht verward overkwam.
Let wel: ik vind het prima dat mensen zelf beslissen wanneer ze dood willen. En dat er medische professionals zijn die je willen helpen zodat je niet voor de trein of van een flat hoeft te springen. En helemaal vind ik euthanasie vanzelfsprekend als iemand vindt dat zijn of haar leven geen zin of doel meer heeft, of dusdanig ziek is dat geen enkele zinvolle behandeling meer bestaat.
In de documentaire kwam een man voor die zestig jaar was en daarvan vijfenveertig jaar was behandeld wegens dwangneurose en de laatste jaren ook wegens zelfverminking. Zo iemand zou je zelf willen helpen – hij had misschien wel willen leven, maar niet met die afschuwelijke ziekte die alleen maar erger werd.
En er was ook een heel aardige, heel slimme mevrouw van honderd jaar die elke morgen wakker werd met de gedachte ‘hè bah, ben ik alweer wakker geworden’. Zij leefde helemaal op toen ze een dagje naar het strand kon – toen wilde ze ook heel even niet meer dood, maar in Nederland hebben wij geen voorziening waardoor zo iemand geregeld een leuk dagje kan meemaken en daardoor wat opvrolijkt. Haar restte niets dan het einde.
Na de vertoning van de documentaire leidde Coen Verbraak een discussie tussen directeur Pleiter van de Levenseinde Kliniek – ‘wij maken niet zomaar mensen dood, wij doen alles binnen de grenzen van de bestaande wetgeving’ – en een emeritus hoogleraar psychiatrie, Frank Koerselman. Zelden, zelfs in medische kring, een arrogantere vogel gezien als deze professor.
Hij vond eenvoudigweg dat mensen die terminaal zijn met een lichamelijke ziekte inderdaad in aanmerking kunnen komen voor euthanasie, maar psychiatrische patiënten kunnen in plaats daarvan altijd rekenen op hun psychiater. ‘Ik blijf altijd bij je’. Yeah right. Hij toonde maar weer eens aan dat hoe hopelozer primitief een medische tak van sport is, hoe arroganter je kunt roepen dat je alles in je greep hebt. Hij gaf ook voorbeelden: ‘Die mevrouw van honderd jaar had toch een leuk dagje gehad? Die zei toch dat ze die dag niet dood wilde? Nu dan.’
En de echtgenoot van de mevrouw uit Heerenveen kon wat Koerselman betreft een veeg uit de pan krijgen. Zonder dat hij daar onderzoek naar had gedaan suggereerde hij dat de echtgenoot van de vrouw af wilde, ‘hij ging na afloop lekker zitten vissen.’ Inderdaad, hij ging lekker zitten vissen, maar zijn chauffeur was hij kwijt, dacht ik nog. Hetgeen ik niet had moeten doen.
En ik had, zoals al geïmpliceerd, zijn vrouw liever niet op tv zien overlijden.
_______
PS: Na de uitzending van DWDD van hedenavond (16 februari) kijk ik er iets anders tegenaan: het lijkt erop dat alle schijn van lichtvaardigheid moet wijken voor de verklaring van uiterste zorgvuldigheid waarmee de arts van de Levenseinde Kliniek besloot tot de euthanasie van Hannie Goudswaard en die ook uitvoerde. Blijft de vraag of we dat gewoon op de tv wilden zien. (Bij de andere twee patiënten zagen we het niet.)
_______