Waaruit maar weer eens blijkt dat de ‘wedstrijd’ waarbij het meest ergerniswekkende woord van 2015 moet worden gevonden, gebaseerd is op een wel erg voor duizend opvattingen verschillende vatbaar reglement. Als er al sprake is van een reglement. Want het woord dat de meeste ergenis wekt en dus uit de taal moet worden geworpen (waar zij, overgegeven aan de ketenen der duisternis, tot het laatste oordeel bewaard worden; 2 Petrus 2,4) blijkt me te zijn, en dat is me toch wat. Ja, ik begrijp uit de uitleg dat het gaat om uitdrukkingen als ‘me moeder’, maar zo gemakkelijk kom je daar niet mee weg. Om niet te zeggen dat het me mateloos ergert.
Is ‘me’ in dit zeer specifieke verband niet een onderdeel van een vooral Brabantse uitdrukking en dus formeel geen onderdeel van de Nederlandse woordenschat? Moeten we, volgens de daarvoor dus blijkbaar gehanteerde regel, niet veel meer woorden tegelijk wegdoen? Eh bijvoorbeeld, of dus?
Me is bovendien een zeer nuttig persoonlijk voornaamwoord. Weliswaar vooral in de meest beschaafde vorm mij, maar dan we al in de buurt van muggenziften.
Een lichtzinnige beslissing, zoveel wordt mij wel duidelijk, van het Nederlands Instituut voor Lexicologie, niet alleen om dit woord tot het meest ergerniswekkende van 2015 te benoemen, maar ook omdat het gebeurt op grond van een internetverkiezing, waarvan bekend is hoezeer die onnauwkeurig kan zijn, om niet te zeggen gemanipuleerd. Ik eis van het Nederlands Instituut voor Lexicologie dat het zoveel kennis in huis heeft, dat het zich onbetwist de macht kan aanmeten zelf te beslissen welke woorden ergernis werken, niet in de taal thuishoren, onbeschaafd of bekakt zijn, tot de straattaal, de vaktaal of de sport te behoren, of niets van dat alles, of allemaal.
Ik heb er laatst al eens melding van gemaakt, maar het kost me geen enkele moeite om een lijst van uitdrukkingen te maken die volgens mij heel dringend naar de poorten van de hel verwezen moeten worden (Wijsheid 16, 13). Zie dus aldaar.
En zelfs dat zou jammer zijn. Ik bedoel, ik maak er, waar je bij staat, een schitterend gedicht van:
Dat zou zomaar kunnen,
als dat zou kunnen – dat
gaat het niet worden.
Geldt de banvloek van het NIL trouwens ook de uitdrukking: ammereet? Dat zou ik zonde vinden. (Bijbelplaats niet te vinden.)
En verder, geacht lexicologisch gezelschap: je kunt je wel ergeren, maar de taal is een levend wezen.
Of, anders gezegd: je kunt je wel ergeren aan de kleur van je poep, maar je doet er niks (of in ieder geval heel weinig) aan.
___________