Ooit was ik ook een echte automobilist. Zo riskeerde ik ooit ontslag op staande voet toen de leiding van het bedrijf waar ik werkte de toen modieuze VW Golf als leasewagen verving door een Opel Kadett. Ook nog een géle. Het was destijds volstrekt onmogelijk dat ik ooit gesignaleerd zou worden in een Opel Kadett, was toen mijn standpunt en de discussie daarover met de directie ging ver.
Gelukkig was de directie de eerste die met de ogen knipperde. Zij gaf mij toestemming voortaan de kosten van een door mijzelf te kiezen auto te declareren. Het werd een Citroën CX Break, een witte, een droom van een auto, zodanig tweedehands dat men mij nog lange tijd kon traceren door middel van het brede spoor van roestdeeltjes dat voortdurend onder de auto uitviel.
Uiteindelijk moest ik die ‘bak’ wegdoen toen ik met mijn linkervoet door de bodem heen trapte. De volgende eigenaar – hij betaalde honderd gulden – kreeg hem nog één keer door de APK.
Nog altijd krijg ik een kick(je) van het zien van een snelle auto in de categorie Porsche, Ferrari, Aston Martin of Lamborghini, maar ik moet er niet aan denken zo’n auto te bezitten, wegens hoogst onpraktisch. Hardrijden is dan ook al lang geen echte hobby meer voor me en het aantal bekeuringen wegens te hard rijden is de laatste jaren, uiteraard tot mijn genoegen, beperkt gebleven tot één per jaar, meestal in de categorie ’56 km/u gereden op een plaats waar 50 km/u de norm is’.
Een handige manier om die bekeuringen te vermijden is uiteraard de wetenschap waar de flitspalen staan, ook mijn TomTom waarschuwt daarvoor.
Diverse populaire radiozenders die een belangrijk deel van hun clientèle uit de mensensoort halen die uit principe te hard rijdt, maar wel graag bekeuringen voorkomt. Die zenders hebben die clientèle uitgerekend op grond van het feit dat zij real time vermelden waar de mobiele flitsers opgesteld staan.
Nu wil de Vereniging Van Verkeersslachtoffers VVS dat de radiozenders stoppen met het doorgeven van de plaatsen waar mobiele flitsers gesignaleerd zijn, want het is ‘gevaarlijk en onethisch’.
De vaste en mobiele flitspalen (het zijn geen palen, natuurlijk, maar camera’s die automatisch het kenteken fotograferen van een auto die te snel passeert) zijn in principe zichtbaar voor iedereen die hard rijdt en daarom oplet. De verkeersslachtoffers signaleren terecht dat hard remmen voor een flitspaal gevaarlijk kan zijn. Maar dan zou ik zeggen: als je via de radio weet dat de flitspaal binnenkort opduikt, ga je wellicht al eerder iets langzamer rijden, dus niks hard remmen.
In de redenering van de VVS zit een ernstige weeffout. Het is in feite een pleidooi om óók de verkeersborden af te schaffen die de maximumsnelheid aangeven en hetzelfde geldt voor verkeerslichten: ook die nopen wel eens tot abrupt remmen.
Ik wil niet verhelen dat ik ook wel zie dat 50 km/u rijden in een nauwe straat met aan weerszijden geparkeerde auto’s, op zich geheel en al wettelijk in orde, toch niet erg verstandig is omdat er altijd een onvoorzichtige voetganger tussen twee geparkeerde auto’s kan opduiken, en dan komt de klap harder aan dan wanneer je 30 of 20 rijdt.
Hoe zou de VVS dáár een eind aan willen maken?
In feite is slechts één verkeersregel echt onontbeerlijk: ga er vanuit dat al uw medeweggebruikers gek, bewusteloos of dronken zijn, dan wel een spelletje zitten te doen op de telefoon of dromerig naar leuke damesverkeersdeelnemers zitten te loeren.
Als je je verkeersgedrag op dat uitgangspunt afstemt, plus op een radiozender die flitsers meldt, je een goede kans hebt dat je geen lid hoeft te worden van de VVS. En die andere gekken op den weg ook niet.
_______