‘Standpunt van de Groenteteelt die bij uw bezoek in boten moeten ontdekt worden, aan hoorntjes’. In Frankrijk doen ze daar nog altijd aan: ze leggen een Franstalige tekst voor aan iemand van wie ze bij geruchte hebben vernomen dat die het Nederlands beheerst, met de vraag de tekst te vertalen, en daarna drukken ze die gewoon af in een folder, bedoeld voor Nederlandse toeristen. Die er geen sjokola van kunnen maken, maar zich wel kostelijk amuseren met die rare Fransen die vaak niet eens weten dat het buitenland bestáát. Wie zei ook weer ‘Als het niet Frans is, is het niet duidelijk’?
Ik moet er eerlijkheidshalve wel bij zeggen dat ik dit stuk begon met meteen de raarste zin uit de hele folder voor een bezoek aan de Hortillonages aan de rand van Amiens in het Noordwesten van Frankrijk – nota bene aan de rand van het deel van Frankrijk waar nog altijd mensen wonen die een soort Nederlands spreken.
De Hortillonages worden uitgedragen als, en zijn ten dele ook nog een gebied waar vruchtbare grond en veel water zorgen voor een ideale omgeving voor het telen van groente. Op zaterdagmorgen wordt dan ook op de langgerekte Place Parmentier een markt gehouden waar de groentetelers hun waren kunnen slijten. Men herkent de echte warmoezenier aan de kromme wortels – vijf stuks – en een kilootje spinazie met veel grond eraan, die hij te koop aanbiedt. Voor de rest zijn op de markt asperges te koop die niet van die natte grond kunnen komen en sinaasappels uit Zuid-Afrika.
Nederlanders komen de Hortillonages bekend voor, al zijn er ook grote verschillen. Stel je een gebied voor als dat rond de Loosdrechtse Plassen: brede sloten tussen wilde natuur. Maar in Amiens is het anders. Behalve inderdaad enige percelen met spinazie en radijsjes zijn de vele eilanden van het gebied bebouwd met zomerhuisjes, groeien er palmen en aaronskerken en agaves, staan er tuinkabouters en een enkeling heeft er zelfs een puinzooi van weten te maken, compleet met kapotte winkelwagen.
Het gebied is net als dat op de grens van Utrecht en Noord-Holland ontstaan door afgraving van laagveen, voor productie van brandstof, het water komt uit de grond en uit de Vecht. De folder vermeldt dat dat al vóór onze jaartelling gebeurde, hetgeen we maar zullen aannemen. Ook hier: grondwater en water uit de rivier de Somme. In ieder geval is het feit gedocumenteerd dat de kathedraal van Amiens – de grootste gothische kerk ter wereld – gebouwd kon worden toen een boerenechtpaar hun stukje ‘groenteteelt’ voor dat doel had afgestaan. Daaruit kun je afleiden dat de Hortillonages in 1220 bestonden en veel groter waren dan nu. Je kunt vanuit het gebied de kathedraal wel zien, maar ik schat dat hij toch minstens een kilometer van de rand van het gebied staat. Mooi staat te wezen, moet ik erbij vermelden.
En je kunt dus inderdaad een ‘bezoek in boten’ afleggen, lange, smalle platboomde, gondelachtige schuiten, elektrische aangedreven, die je kriskras door het gebied voeren – langs weelderige tuinen, fantasierijke optrekjes, broedende futen, zwanen met pasgeboren kuikens, waterhoentjes, bomen die in tropische stijl over het water hangen, af en toe een flatgebouw in de verte en uiteindelijk ook de kathedraal. Het lijkt me wel aardig om op een mooie zomerdag ergens aan te leggen voor een picknick, al voorziet de dienst met de bootjes daar niet in.
Moet je voor de Hortillonages helemaal naar Amiens? Mwaah. Voor de kathedraal wel, vind ik, met daarin herinneringen aan het heroïsche optreden van een Australische divisie die Amiens in augustus 1918 uit handen van de Duitsers wist te houden.
Nou goed, als je toch langs Amiens komt is het best de moeite waard een omweg te maken (er is een mooie camping). En dan meteen kennis te nemen van deze tekst: ‘Onneembaar standpunt voor visuele cône van de Kathedraal van Amiens’.
En er uiteraard achter zien te komen wie er met de hoorntjes loopt uit de eerste zin van dit stuk.
________