Het is alweer bijna acht jaar geleden, 29 januari 2007, dat ik onderstaand blogje plaatste op mijn inmiddels niet voldoende te prijzen weblog. Misschien wel het beste weblog van Nederland, om een slagzin van het dagblad Trouw eens vrijelijk te parafraseren – en met evenveel werkelijkheidsgehalte, mag ik daar bescheidenheidshalve aan toevoegen.
Acht jaar geleden bestond Twitter nog niet, maar het dagblad Trouw dus wel. Daar ging het hieronder aan te halen stukje van weleer over. Ik laat het, om nostalgische redenen, in het toen gebruikte lettertype staan.
En o ja, of de hoofdredactie van Trouw moet opstappen? Dat gebeurt binnen afzienbare tijd wel vanzelf, wanneer Trouw eindelijk eens de realiteit onder ogen ziet en zichzelf opheft. De Tweede Wereldoorlog is achter de rug, zeg ik er maar bij, verzetskranten hebben geen functie meer.
Het stukje heette Op proef, en het ging zo:
….Neem Vrij Nederland. Van 1960 tot 1970 heb ik een abonnement gehad op dat blad, de hele zaterdag ging heen met smullen van de paranoïde verhalen waarmee het doorgaans werd gevuld. Lange verhalen ook, een hele pagina was niks. In die tijd hadden de dagbladen nog niet die dikke bijlagen van tegenwoordig, in die behoefte voorzag Vrij Nederland dus ook. De afgelopen maanden heb ik het blad weer eens op proef gehad. Het zal wel aan mij liggen, maar ik vond er niet veel aan. Geen enkel artikel is in mijn kop blijven hangen, zoals vroeger de stukken van Martin van Amerongen over Duitse literatuur en daarmee samenhangende wandelingen in de Harz in mijn geheugen gegrift bleven. En beetje aanstellerig is het nu ook, met onbegrijpelijke cartoons en kinderachtig geschilderde omslagen, door iemand die in Kenia woont, meen ik me te herinneren.
Voor maar twee weken had ik Trouw, net als een jaartje geleden. Moet ik nu echt niet meer doen. Een krant met een kinderachtige vragenrubriek, maar dat is het ergste niet. Natuurlijk heeft de krant het gebruikelijke nieuws, maar daar heb je Trouw dus niet voor nodig. Als er al eens ‘exclusief’ nieuws in staat, gaat het over obscure machinaties binnen protestants-gristelijke denominaties op hersteld gereformeerde grondslag, vrijgemaakt en onderhoudende diverse artikelen, waaronder 31. Wat dat betreft heb ik met Trouw net zoveel affiniteit als met de Stille-Oceaanbode die in een oplage van driehonderd stuks bij het ochtendgloren verspreid wordt in de republiek Tuvalu. Leuke krant, maar geen letter die me helpt in de strijd tegen de oprukkende Middeneeuwen; integendeel.
Komt nog bij dat Trouw geen enkele columnist van betekenis heeft weten aan te trekken en zich behelpt met Sylvain Ephimenco en Mart Smeets.
En nu ik toch aan het klagen ben: ooit, heel lang geleden, verlangden alle journalisten in Nederland naar de dag, dat besloten zou worden dat Nederland internationaal ging meetellen en kranten ook op zondag zouden verschijnen. Alleen De Telegraaf doet dat tegenwoordig, maar die uitgave voldoet helaas lang niet aan al mijn criteria voor het begrip ‘krant’. De nieuwste ‘dagbladen’ nrc.next en DePers verschijnen, behalve op zondag, ook op zaterdag niet, en voldoen daarmee aan de aloude criteria voor ‘nieuwsblad’; als je als journalist werkte bij een nieuwsblad, dan zei je op verjaardagen nog liever dan dat te bekennen dat je daadwerkelijk betrokken was bij het schoonhouden der stedelijke riolen.
En als je het interview met Dominique Weesie, de uitvinder van GeenStijl.nl, in de Volkskrant van zaterdag hebt gelezen, dan weet je dat er aan de neergang van de Nederlandse journalistiek nog lang geen einde is gekomen. Weesie begint deze week met een tv-programma (bij BNN) onder de titel ‘Steengeyl’. Voelu um? Hellup!
______