Het is tamelijk modern om de vraag te stellen: waar was je, toen… Het is ooit begonnen met de moord op Kennedy, met Nine Eleven als goede tweede. In beide gevallen luisterde ik toen het gebeurde toevallig naar de radio, kan ik u, als een terzijde, nog wel even meegeven.
Maar waar was u tijdens de soevereiniteitsoverdracht van Nederlandsch Indië aan de Verenigde Staten van Indonesië?
Ik weet het niet precies hoor, ik was net elf jaar, wat ik me, buiten de berichten over de ‘RTC’, de Rondtafelconferentie, ervan herinner is de foto-> op de voorpagina van Het Vrije Volk, die ik hierbij reproduceer. Je kunt niet zien of koningin Juliana het puntje van haar tong tussen haar lippen hield bij het zetten van hare koninklijke handtekening onder het stuk waarin ze bevestigde dat Indië verloren was en dus rampspoed geboren. Maar de manier waarop ze zich schools over het papier buigt, zorgzaam bijgestaan door mevrouw Tellegen en onder toezicht van Vadertje Drees, doet het ergste vermoeden.
Het was 27 december 1949, tegenwoordig zou het ondenkbaar zijn dat er dan iets belangrijks wordt gedaan, het gehele land ligt uit te buiken van de Kerstdagen en een geestelijke aanloop te nemen naar Oud en Nieuw en de Nieuwjaarsborrels. De zon scheen, zoals de zorgvuldige tabellen van het KNMI melden, die dag 6 minuten, voor de rest was de gevoelstemperatuur 6.5 graad, het weer van alle menschen, kortom.
Mohammed Hatta, met inmiddels weer moderne bril, zit net tussen drie genoemde hoofden in. Hij was niet verbijsterd wegens de kou: hij woonde van 1921 tot 1932 in Rotterdam, waar hij economie studeerde. Bij de ondertekening in het Paleis op de Dam in Amsterdam was hij al een week minister-president van de VS van Indonesië, een federale staat die acht maanden later al werd opgeheven en vervangen door de Republik Indonesia.
Hatta kijkt uiterlijk onbewogen maar waakzaam toe, of en hoe die ene cruciale handtekening definitief zou worden gezet.
Ik heb het daar zo uitvoerig over omdat ik net een boek heb gelezen dat ik eenieder ten zeerste kan aanbevelen: Na de bevrijding door Ad van Liempt.
Hoewel Van Liempt veel onthutsende feiten aan het licht brengt omtrent de afwikkeling van (bijvoorbeeld) de zuiveringen en berechting van collaborateurs en oorlogsmisdadigers en andere feiten, zoals de woningnood, gaat het boek toch voornamelijk over de koloniale oorlog tegen de Republiek Indonesië, met daarin de twee ‘politionele acties’. Die maakten dat Nederland in 1949 zo ongeveer een paria op het wereldtoneel werd, en zelfs de trouwste bondgenoot, Amerika, op het punt stond strenge sancties tegen Nederland uit te vaardigen.
Van Liempt schetst genadeloos het optreden van met name de KVP die samen met de PvdA regeerde in de periode sinds 1945. Kopstukken als Romme en Beel haalden als volleerde politieke scherpslijpers, in samenwerking met de militaire kopstukken in Indië alle mogelijke politieke en andere trucs uit bij het nastreven van dat ene doel: de opstand in Indonesië met grof geweld neerslaan en de exploitatie van het eilandenrijk weer als vanouds ter hand nemen. De PvdA liet zich min of meer gewillig letterlijk voor het karretje spannen, bijvoorbeeld door Willem Drees te laten benoemen tot premier, zodat de katholieke ministers en andere politici de handen vrij hadden voor het gekuip en gedwarsboom waarmee de wind uit de zeilen kon worden genomen van degenen die met Soekarno-Hatta c.s. wilden onderhandelen over het lot van Insulinde.
Op een gegeven moment waren er 150.000 Nederlandse soldaten in Indonesië waarvan er ongeveer vijfduizend sneuvelden; het leger kostte ongeveer drie miljoen gulden per dag – en dat op kosten van een land dat straatarm en in belangrijke mate verwoest uit de oorlog was gekomen. Toen vijf jaar na de bevrijding de soevereiniteit van ‘Indië’ werd overgedragen was er ternauwernood een begin gemaakt met het opruimen van de puinhopen en woonden honderdduizenden mensen onder erbarmelijke omstandigheden, voor een deel ‘bij elkaar in’, zoals het toen heette.
Er gebeurden ook de potsierlijkste dingen, die ons leren dat een over een schaatsplank struikelende Balkenende en een Wim Kok die een computermuis probeert te gebruiken als afstandsbediening een lange traditie kennen in de Nederlandse politiek.
Wat we ook leren is de parallel tussen vandaag de dag en de naoorlogse periode, een PvdA die vooral meeregeert om erger te voorkomen, maar in de praktijk wordt geringeloord door een in essentie ondemocratische coalitiegenoot.
Ik schoot – men vergeve het mij – in de lach bij het volgende verhaal: op het dieptepunt van de Nederlandse populariteit in de wereld bedacht men een PR-stunt die de Amerikaanse publieke opinie een beetje meer op de hand moest brengen van het alom verguisde Nederland. Voor anderhalve ton werden vijftien Amerikaanse journalisten een maand lang over de aardkloot gezeuld, eerst naar Nederland en daarna naar Indonesië. Aan het eind van de maand leek het succes verzekerd, ‘ik weet zeker dat we de mensen thuis op andere gedachten kunnen brengen’, citeert Van Liempt een van de journalisten.
Als ze thuis waren gekomen, ja. Op de terugreis met een Lockheed Constellation van de KLM kwam het vliegtuig bij een tussenlanding in Bombay in slecht weer terecht. Het toestel stort neer, iedereen aan boord is op slag dood. Zelfs het weer was tegen Nederland.
Van Liempt heeft een vlotte stijl van schrijven, een licht ironische toon soms. Men merkt ook aan welke kant hij staat: de KVP-ers krijgen er flink van langs. Niet alleen in de kwestie-Indonesië. Hij legt ook nadrukkelijk het accent op de absolute lulligheid van het onhandig verhuld kwaadaardige en antidemocratische gedrag van de KVP-ers, de legerleiding in Batavia en van koningin Wilhelmina en hun afwezigheid van enig gevoel voor de realiteit dat Nederland steeds verder het moeras in sleepte in plaats van eruit.
Natuurlijk had Van Liempt veel meer details ter beschikking dan de officiële staatsgeschiedschrijver Loe de Jong. Maar hij kan vooral veel beter schrijven dan die historicus. Daardoor lijken zijn verhalen te gaan over een totaal ander land en een ander tijdperk dan dat van laatstgenoemde.
Waardoor althans ik nu pas door hoe het gelopen moet zijn, in die vijf jaar na de bevrijding.
_____