Als Barack Obama dat proces verliest dat de Republikeinse fractie in het Huis van Afgevaardigden van de Verenigde Staten van Amerika tegen hem heeft aangespannen, dan is dat een beetje mijn schuld.
De aanleiding, en ik doe dat uit mijn hoofd: de fractieleider, Boehner, vindt het niks dat president Obama de behandeling van een wetsvoorstel waar de Republikeinen tegen zijn heeft uitgesteld, omdat het daardoor bij verkiezingen voor een nieuw House in november geen onderwerp meer is waar de Republikeinse Partij zijn pijlen op kan richten.
Tot voor een week of twee was het alleen maar een van die koddige gebeurtenissen in het kader van de voor ons volstrekt onbegrijpelijke machinaties die ze in Amerika ‘parlementair’ en ‘democratisch’ vinden.
Maar op de een of andere manier ben ik er persoonlijk in betrokken geraakt en hoewel ik er nog altijd geen zák van begrijp, is mij in die periode wel duidelijk geworden: wat het ook is, of het ook enig belang heeft – in de Amerikaanse politiek wint niet degene die duidelijk het beste voor heeft met het land en zelfs niet wie de meeste stemmen krijgt, maar wie de meeste centen heeft.
Begin juli is het begonnen: voormalige voorzitter van het Huis, Nancy Pelosi, stuurt me een mailtje met het verzoek mee te doen aan een ‘grassroots fundraising’ waarbij zelf het luttele bedrag van vijf dollar voldoende zal zijn om voor mij en voor de Democratische Partij en president Obama het verschil te maken. Ik weet wel wat een fundraising is, maar graswortels zijn dingen die onder de grond ook zonder mijn hulp hun werk doen. Nadien ontvang ik van Nancy nog een stuk of zes, zeven mails, waarvan de toon steeds meer verwijtend wordt: waarom heb je nou nóg niks gestuurd? Je laat toch zeker de Tea Party niet winnen?
Ik citeer zonder te vertalen: ‘I hate to keep mailing’, ‘you haven’t answered’, ‘kiss all hope goodbye’, ‘Listen, I am pleading again’, ‘still no donation!’, ‘bad news to share’, ‘I wouldn’t normally mail you twice a day’. Etc.
Daarna komt er een mailtje van vice-president Joe Biden, wat meer jongens-onder-mekaar van toon. ‘Die republikeinen gaan president Obama vervolgen omdat hij gewoon zijn werk doet. Dat laten we toch niet gebeuren? Kom op, voor vijf dollar doe je al mee!’
Dan mailt Michelle Obama me. ‘Ik kan het weten: Barack is dag en nacht in de weer voor de Amerikaanse middenklasse en nou willen ze al zijn werk aan de gezondheidszorg, de gelijke behandeling en een beter leven voor de middenklasse teniet doen!’
En tot slot krijg ik een mailtje van Barack Obama zelf. Ik lees het uiteraard staande, met de hand op het hart. Ook hij spreekt me op kalme toon toe: die onzin van de Republikeinen moet ophouden.
Er is een miljoen dollar nodig om… ja, om wat? Is de president van de Verenigde Staten niet onschendbaar? Je kunt dus gewoon een proces tegen hem aanspannen? En is dat miljoen dan nodig om een advocaat in te huren? Hoe zit dat eigenlijk allemaal? Als dat proces van de republikeinen kansloos is, wat is dan het probleem?
En ik stuur geen vijf dollar – het zou zo uitgelegd kunnen worden: dat Obama, door mij geld te vragen en de opbrengst te accepteren, om hoe dan ook te winnen, de hulp van Europese communisten heeft ingeroepen.
En intussen heb ik nog altijd geen idee waar dit allemaal over gaat.
Nou ja, het is te laat, want de deadline voor de inzamelingsactie is verstreken.
Ik heb Obama de das om gedaan.
________