“Wanneer ga je dat poeponderzoek doen?’
‘Wat zeg je?’
‘Wanneer ga je dat poeponderzoek doen?’
‘Ik versta je niet goed.’
‘Wanneer je dat poeponderzoek gaat doen.’
‘O ja. Ik verstond ‘heb je poep onder je schoen’.’
‘Nee. Hèhè. Dat darmonderzoek.’
Sinds een week heb ik een mapje in huis bevattende een glazen buisje en een uitgebreide instructie.
Wie een beetje vies uitgevallen is, moet hier stoppen met lezen en bijvoorbeeld iets gaan kijken bij GeenStijl of zoiets.
Een paar weken geleden heb ik een brief ontvangen waarin mij de verheugende mededeling werd gedaan dat ik was uitgezocht om mee te werken aan een pilot voor een bevolkingsonderzoek naar dikkedarmkanker. Ik had daar al eens over gelezen, dacht ik, al ging dat over een nieuwe methode waarbij de veranderde geur van de ontlasting op darmkanker zou kunnen wijzen. Eet u smakelijk.
Dit gaat over iets anders: door middel van het onderzoek wil men erachter komen of je bloed in je ontlasting hebt – en dat zou weer kunnen wijzen op aanwezigheid van darmkanker. Als er bloed wordt aangetroffen is verder onderzoek nodig, ik neem aan in de vorm van een endoscopie of iets dergelijks, want bloed in de ontlasting kan ook onschuldig zijn.
‘Dat doe ik dezer dagen wel even. Ik moet de instructies nog goed lezen.’
Ik weet al wel wat er ongeveer moet gebeuren, dat stond namelijk omschreven in de brief die aan de enveloppe met het buisje vooraf ging. Ik moet op vier plaatsen in de ontlasting prikken met een geribbeld naaldje, het resultaat in het buisje doen en dat opsturen in een bijgevoegd plastic envelopje.
Ik ben niet vies uitgevallen – ik inspecteer het resultaat elke ochtend kort op kleur en consistentie – maar ik kom er onder geen voorwaarde aan. Voor die controle heb ik zelfs een toiletpot die, meen ik, een glijder wordt genoemd, waarin de ontlasting zeg maar voor het grijpen ligt, in tegenstelling tot de plonser, waarin de ontlasting meteen onder water verdwijnt. Het schijnt dat de meeste mensen het laatste model prefereren, hoewel het grote nadeel is dat opspattend water tot de reële mogelijkheden behoort.
Zoals ik al zei, eet u toch vooral smakelijk. Neem nog wat aardappelpuree.
Ik weet dus nog niet of ik me ertoe kan zetten. Wel montert de gedachte aan het vervolg mij enigszins op: de gedachte aan de medewerker van het RIVM die mijn buisje moet openmaken en nakijken.
Enigszins.
Want het feit blijft dat het nog niet helemaal zeker is dat ik het nemen van het monster zonder ernstige vormen van kokhalzen of erger tot een goed einde kan brengen.
Ik kan er ook niks aan doen.
PS: ik verneem dat er ook een real life soap van komt. Met Patty Brard in de hoofddrol.
______