Een kleine ergernis die elke ochtend weer toeslaat, de laatste weken. Al eerder schreef ik hier over mijn bevindingen sinds ik weer een half jaar een abo heb op het Limburgs Dagblad: iedereen die wel eens de provincie Limburg doorkruist heeft, of er met een vliegtuig overheen is gevlogen, of, sterker nog, wel eens een nacht geslapen heeft, wordt in de krant meteen gebombardeerd tot Limburger. Zelfs mensen geboren in Mook, een plaats die wel in de provincie Limburg ligt maar in de praktijk deel is van de gemeente Nijmegen, worden in het LD zonder blikken of blozen tot Limburg gerekend – de lezers van de krant, die in Sittard wonen en een Landgraaf, weten niet eens wat dat is, ‘Mook’.
Enkele weken geleden plaatste de krant een poll, waarop je kon stemmen: of je carnaval vierde of niet? Tweederde van de lezers stemde op ‘ik ga op wintersport’ of op ‘interesseert me niet’, maar desondanks kan ene Guus Urlings al maanden vrijwel dagelijks helemaal losgaan met verhalen van twee pagina’s waarop diepzinnige overpeinzingen aangaande ‘leven, dood en wonderen’ van het carnavalisme uit de doeken worden gedaan.
Als je zou moeten afgaan op de Limburgse krant, dan zou je denken dat de bevolking hier een grote in rood, geel en groen hossende menigte is, voortdurend dronken van het bier waar Limburg dik van wordt. En die daarnaast toegewijd lid zijn van de schutterij, des zondags naar de kerk gaan (voor de carnavalsmis) allemaal onverstaanbare dialecten praten, nonnevotte eten, zich bourgondiër noemen omdat ze worst eten en zoervleis en de laatste details kennen van hun geschiedenis van vertrapping door alles van buiten Limburg en dan vooral door de ‘Hollanders’ onder hen. En dan heb ik het nog niet over de commerciële afdeling van de krant die met haar Heimatproducten en vlaggenhandel inspeelt op de vermeende ultraconservatieve benauwde poeplucht die uit Limburg zou opstijgen. Ik noem CD’s met muziek uit WOII, verpakt in… een munitiekist!)
De omschrijving, kan ik jullie verzekeren, raakt niet aan de werkelijkheid. Jawel, er zijn mensen die eraan voldoen, maar het merendeel bestaat uit gewone gemiddelde Nederlandse mensen, zoals de genoemde poll ook uitwees – in mijn kennissenkring, die bestaat uit doorsnee inwoners van Limburg, doet vrijwel niemand aan carnaval, hoogstens wanneer zij er toevallig in terecht komen.
Dus maar eens een willekeurige krant erbij gepakt. Die van vandaag, Valentijnsdag 2014.
Op de voorpagina een grote foto van een doos rozen uit Kenia; in het onderschrift staat, ik zweer het, dat die afkomstig zou kunnen zijn van ‘al dan niet geëmigreerde Noord-Limburgse kwekers’. Dat de rozen uit Kenia komen is de onderschriftenmaker trouwens niet opgevallen, maar wie goed kijkt, ziet dat ze komen uit Lolomarik, en dat ligt in Kenia. Enig speurwerk levert geen Noord-Limburgse kweker op die daarhenen is geëmigreerd. In de krant wordt ook vermeld dat veel van die rozen in Nederland aankomen op, jawel, Maastricht-Aachen Airport, en dat luchthaventje ligt in Limburg!
Op de voorpagina ook nog het voornaamste nieuws rond het overlijden van Els Borst: haar lichaam is onderzocht in het Academisch Ziekenhuis in Maastricht. En die plaats ligt ook al in Limburg!
Op Guus Urlings moeten we ditmaal wachten tot pagina’s A22 en A23 waarin hij dan wel weer uitgebreid ingaat op een pul bier die sinds 1939 (met onderbreking gedurende WOII) in Venray aan de nieuwe prins carnaval wordt uitgereikt. Menige Limburger denkt daar stiekem bij: wat, ligt Venray in Limburg? Niet in Brabant?
Petje af en hulde inmiddels voor onze Guus, die kans ziet over deze ‘traditie’ ongeveer twee A4-tjes vol te tikken.
Geef die man een biertje!
_______