‘Het is niet alles botertje tot de boom’, ‘een kat in de zak kopen’ en actueel is natuurlijk ‘knollen voor citroenen verkopen’. Hoewel in dit geval de citroenen uit rundvlees bestonden en dat lijkt me een hele prestatie. Dus we moeten nu niet doen of we helemaal verrast zijn door het paard dat uit de lasagne sprong, we hebben voor het verschijnsel minimaal drie spreekwoorden en als ik even de tijd had bedacht ik er zo nog een paar bij.
Bovendien weten we het al heel lang, getuige het eerste spreekwoord, dat nog stamt uit de tijd dat boter werd verkocht in tonnetjes, waarbij de boterfabrikant het niet altijd over zijn hart kon verkrijgen om het tonnetje tot de bodem (de boom) met boter te vullen – misschien deed hij onderin wel wat knollen of anders een kat en dat was in een tijd dat je nog geen huilie huilie kon gaan doen bij de Voedsel- en Warenautoriteit of bij Radar, of Opgelicht. Je had je gewoon laten naaien en daarmee was de kous af.
Dat is de laatste dagen allemaal uitentreuren besproken, maar de vraag is: wat kunnen we eraan doen? Ik moet hier nog ergens een Italiaans boekje hebben liggen waarin de meer fascinerende, fantasierijke gevallen van bedrog uit de voedselketen werden samengevat in romanvorm, ik kan het nu even niet vinden, bij de reorganisatie van de boekenkast ben ik het ook niet tegengekomen, maar wat ik maar wil zeggen: we hebben het nu gelukkig nog wel over ‘beter een half paard op je bord dan een heel in de gang’ en dan mogen we nog van geluk spreken, dat een paard echt eetbaar blijkt; op internet krijg je al een lawine aan paardenvleesrecepten over je heen.
Ga er maar rustig vanuit dat het paard alleen maar het topje van de vleesberg is, waar dit edele dier zich trouwens best thuis zal voelen.
Dus als je de komende jaren niet met nog veel exotischer goocheltrucs op het gebied van eten en drinken geconfronteerd wenst te worden, verminder je het risico zoveel als mogelijk door de computer, de telefoon en de televisie de deur uit te doen en in de aldus vrijkomende tijd het park in uw dorp te veranderen in een groentetuin. Koop een paar biggen van iemand die u persoonlijk enigszins kent en in geval van fraude dus ook persoonlijk een kogel door de kop kunt jagen.
U mest de biggen vet met het afval en overgebleven groenten uit de tuin en u slacht de beesten in november, maakt er hammen, koteletten en worst van, conserveert alles in enorme hoeveelheden zout en zakt onderuit met een glaasje mede, gebrouwen uit de honing van uw bijenvolkeren. Of het bier, gebrouwen van uw eigen gerstoogst.
U kunt nergens meer heen natuurlijk, ook uw huis moet weg maar een plaggenhut is echt gemakkelijker te bouwen dan u denkt; die revolver die al drie keer dienst heeft gedaan (de buurman en twee varkens) houdt u gereed om dieven, rovers en ander gespuis van uw erf te weren en dan leeft u nog lang en gelukkig en vooral: in de wetenschap dat wat op uw bord komt niet door de gore tengels van deze of gene Roemeen is gegaan.
En anders moet u niet zeiken over elke keer als er weer een muis in de melk zit (die u toch al niet meer drinkt omdat er aflatoxine in zit, hoor ik vanmorgen) of een vunzige schimmel in uw taugé – beschouw uw bestaan gewoon als een gevaarlijk en avontuurlijk leven.
_______
Boek & Film