Zal wel overal hetzelfde zijn: de gepensioneerde weet, dat als hij/zij wat hoort van de voormalige werkgever is het altijd slecht of raar nieuws.
Het rare nieuws: het personeelsblad dat ik al dertien jaar op geregelde tijden ontvang, wordt opgeheven. Nee, verkeerd geformuleerd: het papieren personeelsblad wordt opgeheven. Voortaan kun je uitsluitend online nog vernemen wat er zoal voorvalt aan technische ontwikkelingen, geweldige prestaties, bedrijfsbarbecues en bedrijfsuitjes, bijvoorbeeld naar Milaan of het Moviepark in Bottrop.
Toch raar: een bedrijf dat als core business het verkopen van bedrukt papier heeft, schaft een van zijn publicaties op papier af en gaat er online mee verder. Ik zou dat een veeg teken noemen.
Je hebt er natuurlijk ook niet veel meer mee, sinds je nog maar zelden een bekende naam in het blad tegenkomt. Bij de personalia in het laatste papieren nummer staat er nog één: René Vlems, een historicus die het al 25 jaar volhoudt bij de krant en die ik tegenwoordig nog uitsluitend (en sporadisch) tegenkom als drummer van de Bastardi di Blues.
Een beetje beter zoeken levert ook nog sportredacteur Roel Wiche op, met een verslag vanuit een grijs verleden, namelijk van het EK voetballen. Roel is een aparte sportredacteur: die komt, anders dan de meeste van zijn collega’s, tijdens dat soort trips ook nog wel eens buiten het stadion. In het personeelsblad een verslag van zijn bezoek aan Charkov – hij gebruikt per ongeluk, maar het kan ook een Freudiaanse vergissing zijn, het woord ‘oostfront’ in plaats van ‘oostblok’.
In Gdansk in Polen had Roel nog een interview met Lech Walesa en ging zelfs met hem op de foto – die man is, sinds ik hem in december 1989 sprak, nog flink opgevrolijkt, zie ik.
Afgelopen zondag ontmoette ik op een mooi tuinfeest nog Hans Straat, die mij vaag bekend voorkwam, naar ik besefte aan de hand van de veelvuldige foto’s die het personeelsblad sinds 1999 van hem had geplaatst. Straat was namelijk de eerste directeur van het fusieproduct LD/DDL, oftewel de enige krant van Limburg, ik was al die tijd met pensioen. Hij herinnerde me eraan dat hij voorzitter van het pensioenfonds was, waarop ik hem zo vorsend mogelijk aankeek en sprak: ‘Ik ben dan ook al aan het bezuinigen.’
Wellicht heb ik daarmee zijn zondag verpest, hij kan er uiteraard ook niks aan doen dat er met dat kleine pestpensioenfondsje in de grote wereld niet veel te beginnen valt.
Op het feestje kwam ik Huub Moonen tegen, een heel aardige collega uit het technisch bedrijf, al langer met pensioen dan ik. Ik had hem zo lang niet gezien dat ik hem voor een andere collega hield, gelukkig merkte hij het niet. En vanmorgen had ik een mailtje van Harry Muré die over een week of twee, drie 74 wordt en die nog altijd voortschrijft. O ja, op 5 december wordt Wiel Gubbels 80, dat moet ik ook in gedachten houden.
Zo zie je maar: dat blaadje heb je eigenlijk helemaal niet nodig.
_______