Mijn huidige favoriete columnist Marcel van Roosmalen schreef vanmorgen over het tripje dat hij maakte met de Dutch Mancunians – dat zijn Nederlandse fans van de Britse voetbalclub Manchester United. Mijn algemene indruk is: je moet er maar zin in hebben om met zo’n stelletje neanderthalers op pad te gaan. Eén passage uit zijn stukje in nrc.next bleef me bij: ‘De val van het kabinet-Rutte maakte niets los, behalve dat het een hinderlijke onderbreking van de gesprekken was. Een meisje… zei dat ze sowieso voor Wilders was. Wat er precies gebeurd was, hoefde ze niet te weten. Dat was juist het fijne van vóór Wilders zijn, dat je niet alles hoefde te weten en die redenering volgend wilde ze het er ook niet meer over hebben.’
Je hoeft geen bijbelvorser te zijn om vast te stellen dat de jeugdige Manchesterfan hier de spijker op de kop sloeg. En Marcel van Roosmalen ook, al moet je natuurlijk qua stijl en zinsbouw niet op alle slakken zout willen leggen.
Sinds zaterdag (en eigenlijk al sinds een paar maanden, zeker sinds begin maart) rommelt en dondert en bliksemt het een beetje in mijn hoofd, hoewel ik niet zo ver ben dat ik mompel: ‘Ik geloof dat ik een rood licht gemist heb.’
Daar draait de vraag in mijn hoofd rond: moeten Maxime Verhagen, Geert Wilders, Mark Rutte, Stef Blok en Sybrand van Haersma Buma niet voor de kadi gesleept worden? Staan misdrijven als ‘onverantwoordelijk misbruik van de macht’ en ‘feitelijke staatsgreep’ of ‘misbruik van politieke onschendbaarheid’ eigenlijk niet in het Wetboek van Strafrecht?
Tijdens het bewind van dat illustere vijftal is Nederland afgezakt van een gidsland op moreel gebied, een toonbeeld van democratie en vrijheid van meningsuiting, als voorbeeld van een economisch solide natie, van een alom geacht en gewaardeerd lid van talrijke gremia op wereldniveau, tot een modderbank aan de Noordzee vol fans van ordinaire voetbalclubs en politici die gedreven worden door vreemdelingenhaat en bevoordeling van elitegroepjes – en gewoon volk met meningen die neerkomen op onverstaanbaar gekrijs. Nooit in de Nederlandse politieke geschiedenis is er zo veel onzin uitgekraamd als de afgelopen anderhalf jaar door de vijf genoemde personen, mitsgaders hun ministers en Kamerleden – ik hoef toch niet Richard de Mos, Dion Graus, Charlie Aptroot, Marja van Bijsterveld, Edith Schippers, Halve Zoolstra en Marlies Veldhuyzen-van Zanten met name te noemen? Om maar eens een greep te doen?
Dat zijn toch misdrijven waarvoor objectieve juridische criteria zijn aan te wijzen waarvan nu al de onomstotelijke daders bekend zijn? Nee hoor, er komt nog een misdrijf bij, ‘verwijtbare politieke nonchalance’. Nadat ze absurd lang achter gesloten deuren hebben onderhandeld, gebeurt gewoon wat we op 1 maart al wisten: ze laten het losjesweg uit de poten vallen en maken dat ze wegkomen, en het land zit met de brokken.
De komende eeuw zal hard nodig zijn om dat voor een deel te herstellen. Maar met Mark, Maxime en Geert op water en brood is het nog wel een beetje te verdragen.
______