Sinds het Journaal van gisteravond 18.00 is het officieel: Nederland is een bananenrepubliek. Al een jaar of vijftien geleden toonden enkele gerenommeerde rechtspsychologen aan, dat Nederland dat al was als het ging om de rechtspraak. Dat is dit jaar nog definitiever geworden nu het recht alleen nog toegankelijk is voor rijke mensen.
Maar het is veel erger, zagen we gisteren. Nederland is niet eens meer een democratie.
Kijk even mee.
1. De voorzitter van de Raad van Ministers wil niets zeggen over een ernstig geval van schending van artikel 1 van de Grondwet door een van de partijen die zijn regering steunen. De politieke partij die dat doet door ophitsing tegen een willekeurig gekozen groep mensen afkomstig uit enkele lidstaten van de Europese Unie, leidt kennelijk die voorzitter van de ministerraad aan de neus (kan ook een oor zijn) rond in Den Haag. Terwijl de terechte verontwaardiging van zo ongeveer geheel Europa ‘als een tsunami’ over de premier wordt uitgestort, blijft die kalm roepen dat hij niets zal doen. Waarom niet weten we: de man wil hoe dan ook aan de macht blijven en daar heeft hij die rare partij voor nodig, die zelf maar twee dingen vindt: dat iedereen de pot op, casu quo de boom in kan.
En het rare is: de meerderheid van de Tweede Kamer die vindt dat de premier zich van die partij moet distantiëren, deinst er voor terug om bij ontstentenis daarvan een motie van wantrouwen in te dienen. Daarmee weten we nu: artikel 1 van de Grondwet is een dode letter, en misschien de rest van de constitutie ook wel.
2. Het openbaar vervoer in Nederland, en dan met name het vervoer op het spoor, een van de cruciale steunpilaren onder de economie, is in handen van twee ondernemingen die geen behoorlijke afspraken hebben gemaakt en daardoor bij de geringste storing het hele land tot stilstand brengen. Dat mag dan gunstig zijn voor de autoindustrie, maar het blijft een misstand die zelfs in India of Peru bij de wortel zou worden aangepakt. De bijbehorende minister is lid van de Kerk der Ondernemingsgewijs Georganiseerde Productie met Winstoogmerk, beter bekend als het Kapitalistisch Marktmechanisme en dus zegt zij niets over de logische consequentie: het openbaar vervoer geheel in handen van de staat onder controle van het parlement.
Het parlement faalt in deze dus ook, tegen de minister wordt geen motie van wantrouwen ingediend, we mogen vooral kijken naar een door Kees van Kooten meesterlijk gespeeld Kamerlid, genaamd Charlie Aptroot, die door de auto- en asfaltlobby wordt gestuurd.
3. Woningcorporatie Vestia was het persoonlijke speeltje van meneer Eric Staal, die wij in beeld zien met loerende, wantrouwende blik, maar hij zegt niks. Hij vergokte de woonzekerheid van tienduizenden mensen en zorgde dat dat allemaal kon doorgaan omdat hij minstens twee vriendjes in de Raad van Commissarissen had zitten; bovendien wist dat hele vijfmanschap, wat Staals spel betreft, van god noch zure peren.
Wonen, onderdak, is een recht dat van staatswege gewaarborgd moet zijn voor iedereen. Dat is zo logisch dat het niet eens in de Grondwet genoemd hoeft te worden. Dat recht wordt in Nederland met voeten getreden. Geldwolven, woekeraars, gokverslaafden die andermans geld vergokken kunnen hun gang gaan.
4. Iedereen met een internetverbinding kan vanaf zijn of haar laptopje een elektriciteitscentrale sluiten, een polder laten leeg- of vollopen, de verwarming en verlichting in een ziekenhuis aan- of uitzetten. Wie daar verantwoordelijk voor is, dient streng gestraft te worden. Maar dat gebeurt gewoon niet – de remedie is: we veranderen het wachtwoord van admin in de naam van de gemeente of het gemaal, want wij zijn natuurlijk niet zo gek dat we daar iets ingewikkelds van gaan maken, dat we niet kunnen onthouden. Wij zijn, kort samengevat, eenvoudigweg niet goed bij ons hoofd.
Maar dat wisten we natuurlijk al jaren. En zo niet dan toch sinds deze week.
Sinds kort denk ik, voor het eerst van mijn leven, dat uiterst links stemmen misschien een goed idee zou kunnen zijn.
Maar uiterst links zit ook in het parlement dat niks durft uit vrees voor vervroegde verkiezingen.
Dus intussen begint het te dagen: het is tijd voor de staatsgreep der verstandige mensen.
_________