Mensen zijn nog altijd niet zo ver geëvolueerd, dat ze volkomen een zijn met de techniek die hen ter beschikking staat. Natuurlijk zijn er zeer veel bus- en vrachtwagenchauffeurs, piloten en scheepsstuurlui die van nature of omdat ze het geleerd hebben, altijd hun zelfbeheersing bewaren en hun verantwoordelijkheidsgevoel houden. Maar je kunt ook veel gevallen aanwijzen van mensen die zich, door omstandigheden van buitenaf of vanuit een onbedwingbare innerlijke drang, ineens roekeloos moeten handelen, hun emoties moeten volgen en daarbij ineens weer de primitieve mens worden die er alléén voor staat.
We herinneren ons allemaal de KLM-gezagvoerder die op 22 maart 1977 genoeg had van het getreuzel van de Spaanse luchtverkeersleiders op het eiland Tenerife. Meneer vreesde niet op tijd thuis in Amstelveen of daaromtrent te kunnen aanschuiven voor de warme piepers. Op eigen houtje besloot hij in de dichte mist volgas te geven met zijn Boeing 747. Enkele ogenblikken later knalde zijn toestel tegen een Amerikaanse 747 die onzichtbaar door de mist op dezelfde startbaan taxiede – 583 doden waren het resultaat van dit grootste verkeersongeluk aller tijden.
Als je goed zoekt vind je talloze verslagen van dit soort gebeurtenissen, buschauffeurs die roekeloze manoeuvres uithalen in het verkeer omdat hun mannelijk ego het eist en de passagiers achter hem ineens niet meer meetellen, laat staan om hun mening worden gevraagd, piloten die om dezelfde redenen onbegrijpelijke risico’s nemen.
Dat zijn de berichten die eindigen met het zinnetje ‘de oorzaak van het ongeval moet worden gezocht in menselijk falen.’
En deze week heeft Francesco Schettino zich bij dit illustere gezelschap aangesloten. Dat hij het cruiseschip Concordia niet als laatste verliet is nog tot daaraantoe, misschien kon hij vanaf het vasteland wel degelijk beter de redding coördineren. Nee, zijn beslissing om idioot vlak langs de kust te varen was kennelijk ingegeven doordat hij geleid werd door de gedachte dat hij alleen in een roeibootje zat, of op een waterscooter, en dat hij hoogstens zelf een risico liep dat hij, de ervaren zeebonk, bovendien inschatte als ‘te verwaarlozen’ – en niet de verantwoordelijkheid droeg voor een schip van een half miljard euro met daarop meer dan vierduizend mensen, varend in een gebied met eilandjes en onderwaterrotspartijen. Hij heeft, met andere woorden, geen weerstand kunnen bieden aan zijn neiging tot mannelijk bravoure, hoezeer die ook in strijd was (en bleek) met zijn verdere verantwoordelijkheden.
Een bronstig hert zou het hem niet verbeterd hebben.