Kennelijk om de verkoop van een pak fotoboeken te stimuleren wijdde de Volkskrant gisteren het gehele magazine aan de portretfotografie. Of nee, de kwaliteitsjournalistiek is so wie so druk met de fotokunst als zodanig. nrc.next heeft elke dag een foto over een dubbele pagina, gekozen uit het aanbod van die dag, soms heb je de indruk dat de keuze werd gemaakt in een balorige bui. Nou ja, wat dan ook.
In het magazine van zaterdag tref je twee botsende theoremata. Het ene is dat van de mensen die al jaren elke dag een portret van zichzelf maken en dat publiceren op internet; het andere dat van mensen die liever niet, liever nooit meer een portret van zichzelf willen zien.
Zo vraagt Sylvia Witteman zich af wie toch bedacht dat het konterfeitsel van de columnist bij de column moet worden afgedrukt. Nou, ik dus. Althans: al in de jaren zeventig van de vorige eeuw kwam ik op het idee dat het goed zou zijn bij artikelen in de krant niet alleen de naam van de auteur te vermelden, maar ook diens portret. Aldus, redeneerde ik, kon de lezer zich beter identificeren met de schrijver en dus met de krant – het zou een vorm van klantenbinding kunnen zijn. Daarnaast is er natuurlijk het feit dat je ook destijds al – en sindsdien veel meer – mensen die iets mee te delen hebben op de televisie, vaak journalisten, ook daadwerkelijk sprekend in beeld ziet.
Ik hoor feitelijk tot de categorie die al niet tevreden is over het eigen uiterlijk, en al helemaal niet op foto’s van dat uiterlijk. Onlangs zag ik enkele prenten – zo noemen de echte beeldredacteuren een foto: prent – van mezelf waarop ik er uitzie alsof ik reeds een week boven aarde stond.
Tegenwoordig maak ik een krantje waar inderdaad mijn eigen portret in staat – op deze pagina staat het trouwens ook, redelijk gelukt vind ik, van de hand van Luc Lodder. Mijn moeder zou zeggen: tisniemooi, maar ’t liekt precies. In het krantje schrijf ik ook wervende stukjes voor lokale middenstanders en daar moet een foto bij. Vrijwel allemaal horen ze tot de school die er zelf niet op hoeft. Met licht satanisch genoegen wrijf ik ze onder de neus dat de lezers – hun klanten – graag zien wie ze voor zich hebben en daar gaan de meeste wel voor overstag.
De dames trouwens als eerste, columniste SW is namelijk een uitzondering, de meeste dames gaan gaarne op de foto, op internet wemelt het inderdaad van de sites waarop je honderden, duizenden foto’s ziet van met name pubermeisjes die ze van zichzelf en elkaar gemaakt hebben, steevast gekke bekken trekkend, ook wel vaak sterk wervend; ze zijn altijd fleurig opgemaakt, voor ze zich voor de lens opstellen.
Intussen is mijn opvatting ter zake genuanceerd. Een portret in de krant, of als halftotaal op de tv, dat kan zeker wervend werken. Maar geldt dat ook als je, ik noem een willekeurig voorbeeld, Jeroen Snel bent?
_______