Dit is zo’n boek waarvan je voortdurend denkt: daar ben ik bij geweest. Of bijna bij geweest: Asta’s Ogen, van Eveline Stoel. Het is de geschiedenis van een grote familie Indische Nederlanders, aan de hand van het levensverhaal van Asta Hoyer-Fredriks, geboren in Soerabaja, Java in 1917, overleden in Oss, Noord-Brabant in 2003. Je ziet ze nog altijd met grote regelmaat, die overlijdensadvertenties, mensen met een onmiskenbaar Hollandse naam, geboren in het toenmalige Nederlands Indië, overleden in Nederland. Je denkt dan onwillekeurig aan het boek Rubber van Marion Szekely-Lulofs, waarin een ietwat schril beeld wordt geschetst van het leventje dat de gemiddelde botte Hollandse planter leidde in het begin van de vorige eeuw.
Maar die planters waren niet typisch. Asta Hoyer-Fredriks was typisch. Haar naam en die van haar man waren in ‘Indië’ achtergelaten door Nederlandse (althans Europese) planters en ambtenaren in de vorm van bij ‘inlandse’ vrouwen verwekte kinderen.
Zie verder Boek & Film
_______