Een van mijn kleindochters wordt vandaag acht jaar en opa ziet met genoegen dat zij een leeskind is. Ze draait bij het lezen wel heel onrustig op haar stoel, maar ze kan helemaal verloren raken in het boek dat zij onder handen heeft. Dat maakt in ieder geval de keuze van een verjaardagscadeau gemakkelijk. Om maar eens met Wim T. Schippers te spreken: een boek!
Maar welk boek? Op reclame voor kinderboeken hoef je niet af te gaan, dan kom je al gauw uit op Harry Potter. Boeken die prijzen hebben gewonnen, dan? Een behulpzaam mens levert direct een link naar een lijst met alle boeken die sinds 1954 in de prijzen zijn gevallen. Heel mooi, wat kan er mis gaan? Maar veel van die boeken zijn uitverkocht, inmiddels ouderwets en als je na een lange speurtocht eindelijk een lijstje gedestilleerd hebt, blijken de recensies elkaar tegen te spreken.
Iemand suggereert me om een boek te kopen dat voor een net iets ouder kind geschikt of bestemd is, voor negen of tien jaar.
Dat maakt bij mij een luikje open, want ik herinner me ineens dat ik, elf, twaalf jaar oud, boeken las die beslist niet voor mij of mijn leeftijdgenoten bestemd waren. Bij ons thuis waren het geen lezers, toch waren boeken er niet onbekend. Mijn vader kende grote delen van I reali di Francia van Andrea di Barberino van buiten – hem door zijn moeder verteld die analfabeet was maar dat beroemde boek uit de Italiaanse renaissance van buiten kende.
En mijn moeder kocht wel eens iets. Zo had ik Siebe van de Dijkhoeve, een jeugdboek dat ik onlangs nog antiquarisch terugvond.
En we hadden nog twee andere boeken (althans voor zover ik me herinner) Sil de Strandjutter van Cor Bruijn en Jikkemien van Dignate Robbertz. Alleen al die laatste naam roept het jaar 1950 of daaromtrent in geuren en kleuren voor me op. Beide boeken waren braaf, nu ik er op terugkijk. Maar het gaat er mij nu om dat ik die boeken later nog enkele malen las en er elke keer weer iets anders in zag. Sil de Strandjutter was aanvankelijk een indrukwekkende man die ik kon bewonderen om zijn doorzettingsvermogen, maar die ik later toch ging zien als een onbehouwen hork die hoe dan ook zijn zin doordreef.
Van Jikkemien leerde ik een paar vreemde Zeeuwse uitdrukkingen, die ik me nu niet eens meer herinner. Ze was een jonge vrouw die niet helemaal paste in haar bekrompen milieu.
Dus even internet geraadpleegd, die wereld die je aan alle informatie helpt, maar die je helaas ook allerlei illusies ontneemt. Jikkemien is bij Amazon in de VS in grote aantallen te koop, kennelijk ooit meegenomen door emigranten. Dat is mooi. Van Sil de Strandjutter is een prachtfilm gemaakt met Jan Decleir als de dwarse strandjutter.
Maar dan: Dignate Robbertz blijkt een pseudoniem voor Johanna Verstraate, van wie wij alleen vernemen dat zij getrouwd is geweest met een van die vele rare figuren die in Nederland rondliepen (en net zulke rare opvolgers hebben gekregen) Martin Beversluis. Voor en tijdens de oorlog was hij achtereenvolgens protestant en katholiek, pacifist, socialist, communist, fascist en nationaal-socialist. Voor dat laatste werd hij na de oorlog twee jaar geïnterneerd en kreeg een schrijfverbod.
Maar Johanna had hem gelukkig in 1937 al door gehad.
Misschien moet ik Jikkemien toch nog eens kopen: voor drie euro ben je al spekkoper, er zijn honderden exemplaren te koop. Gewoon, om te zien of ik die Beversluis nog ergens in dat boek terug kan vinden.
Een boek moet het zijn, kleindochter. Aan één boek heb je een heel leven genoeg, soms.
________
Laatste reacties