Materiaal genoeg om gezellig op licht ironische toon verder te gaan over Japan en zo. Ik noem dat Amerikaanse vliegdekschip dat een beetje verder uit de kust is gaan liggen omdat het anders te veel straling zou krijgen uit Fukusjima. Heerlijk onderwerp: Amerika, Japan en nucleaire straling.
Of anders, ongeveer hetzelfde onderwerp: hoe levensgevaarlijk het is om een domme, kortzichtige regering te hebben als de onze, die roept dat die kerncentrale in Fukusjima dan ook wel erg verouderd is – alsof de nieuw te bouwen kerncentrales ook niet ooit verouderd zullen raken. Ander argument: wij hebben hier niet zulke aardbevingen (wij zitten namelijk op een andere planeet als Japan) en al helemaal geen tsunami’s. Niemand denkt aan die grote onderzeese aardbeving een paar kilometer onder IJsland die ooit komt, en die de halve noordelijke Atlantische Oceaan de trechter van de Noordzee in stuurt, waar wij zowat onderin zitten, ook nog heel handig al een paar meter onder de huidige zeespiegel. Nou ja, dan lopen die nieuwe kerncentrales meteen vol met zeewater, probleem ook opgelost.
Maar dan zit je een beetje wezenloos te zappen en kom je op een tv-kanaal waar zonder veel commentaar amateurvideo’s van afgelopen weekend in Japan te zien zijn.
Een man staat op een heuvel, een meter of vijftig boven een vlakte waarin een stad, waar je de tsunami al ziet binnenkomen, die massa’s wrakhout van huizen en fabrieken voor zich uitdrijft, auto’s, bussen, schepen. Aan de voet van de heuvel komen mensen de berg op rennen, de laatste twee halen het maar net. ‘Dat gebouw daar,’ zegt de man in zijn keurige jas, ‘Dat is mijn sakefabriek.’ Op datzelfde moment wordt zijn is een was, want de watermassa woelt een beetje onverschillig het hele gebouw ondersteboven en sleurt de brokstukken mee. Later komt de man op een gescheurde asfaltweg een van zijn werknemers tegen. Ze vallen elkaar huilend in de armen.
Ergens in een verwoeste stad staat een man van tegen de zestig met zijn fiets. Hij heeft het voertuig, waarmee je trouwens niks kunt in al dat puin, volgeplakt met papieren waarop de naam van zijn vrouw, die hij kwijt is. Hij laat voorbijgangers foto’s van haar zien, of ze haar soms ergens hebben gezien? Er liggen, naar verluidt, tienduizend doden in het puin, daar zal ze wel bij zijn, maar niemand durft dat tegen de man te zeggen.
Op een steen zit een jongen van een jaar of zestien. ‘Mijn hele familie is dood.’ Hij zwijgt even, om dat feit goed ook tot zichzelf te laten doordringen. ‘Al mijn vrienden ook.’
Terug in de agglomeratie van Tokio. Daar wonen 35 miljoen mensen, die vroeg of laat getroffen zullen worden door een aardbeving waarbij die van vrijdag kinderspel is. Maar de verkeerslichten werken weer en er rijden bussen.
Het laatste filmpje is het meest sinistere. Je ziet een grasveld in een park, waar een plas water staat. De grond beweegt, een beetje maar. De plas water verdwijnt in de spleet, die zich daarna sluit. Er komt weer wat water naar boven.
_________