Het moet in maart of april 1976 zijn geweest dat ik voor de eerste en meteen voor de laatste keer een concert van George Shearing bijwoonde. En nu kan het helemaal nooit meer want hij is gisteren overleden, 91 jaar oud.
Het was bij die gelegenheid dat hij een van mijn favoriete anecdotes vertelde. George was blind geboren en hij had een blindengeleidehond, die ook mee ging op zijn concertreizen. Tijdens een van die reizen maakte zijn vliegtuig een tussenlanding. Volgens mij is het heel ongebruikelijk maar goed: er zouden passagiers bij komen en uit gaan en de rest moest blijven zitten. Maar de hond van Shearing bleek behoefte te hebben aan een sanitaire stop en een van de piloten bood aan, het beest uit te laten (Iedereen wist toen nog wie George Shearing was.) De piloot daalde de vliegtuigtrap af en maakte een wandeling met de hond (met dat typische tuigje van de blindengeleidehond) op het vliegveld. Dat bleken enkele passagiers die moesten instappen gezien te hebben. Ze vroegen zich af of ze wel moesten instappen, omdat ze een blinde piloot uit het vliegtuig hadden zien komen. Ja, dat was lachen.
George Shearing was Engelands trotse bijdrage aan de jazzmuziek, en die eer deelde hij met Marian McPartland, ook al een pianist. Iedereen draaide vanmorgen Lullabye of Birdland, maar dat was toch niet de meest typische bijdrage aan de muziek van George Shearing. Dat waren de uitvoeringen van bekende jazzdeunen waarbij de vibrafoon uit zijn kwintet synchroon speelde met de piano, waarmee als het ware George Shearing niet alleen zichzelf maar ook de hele Engelse ballroomcultuur bijdroeg aan de jazz.
Jazz is nog altijd niet erg populair en iets voor ouwe lullen en ook het werk van Shearing valt nog altijd onder het smalende hoofdstuk piep-knor.
Nou ja, dat moet dan maar. Ik mag George, Sir George zelfs, de laatste jaren, nog altijd graag beluisteren, evenals Marian McPartland, Nat ‘King’ Cole, Erroll Garner, Oscar Peterson en al die andere talloze pianisten die vaak diep over het toetsenbord gebogen hun jazzgedachten uitsponnen over enthousiast publiek. En dan vergeet ik nog Glenn Corneille en Jacques Loussier en Van Velzen en Petrucciano en Rob Agerbeek; die laatste was een jaar lang mijn buurman in Den Haag, ook dat vond ik een uitverkiezing. Alles nog ruimschoots voorhanden op Youtube.
Corneille en Petrucciano zijn allebei ook al dood, maar zover mij bekend leven die anderen nog.
Brengt u de man aant klavier, nog een bier, nog een bier, zeg maar hij krijgt het van hier, het van hier, het van hier…
______