Als je nog eens wat opwekkende literatuur zoekt, dan kan ik ‘Collapse, How Societies Choose to Fall or Succeed’, van Jared Diamond aanbevelen. Eerder heeft deze bioloog in het boek ‘Guns, Germs and Steel’ uiteengezet hoe de westerse wereld de overheersende beschaving kon worden: door kennis van het recept voor staal, door het bezit van en samenwoning met grote huisdieren waardoor de mensen immuun werden voor een aantal belangrijke ziekten en uiteraard door oorlogszuchtigheid. In het nieuwe boek ben ik nog niet erg ver gevorderd, maar de belangrijkste vraag is al wel gesteld. Aan de hand van de geschiedenis van het Paaseiland waarschuwt Diamond dat het met de hele wereld zou kunnen gaan als met dat eiland, dat in een paar honderd jaar tijd volledig ontbost werd, met name voor het verplaatsen van de karakteristieke koppen – waarna de overgebleven bewoners elkaar opaten.
Op dat boek kom ik nog wel eens terug, nu zag ik een bericht in de Volkskrant dat er op de een of andere manier mee in verband staat: op de Stille Oceaan drijft een ‘eiland’ zo groot als Frankrijk, Spanje en Portugal bij elkaar, dat geheel bestaat uit plastic. Veel is er niet van bekend, behalve dan dat het voor een bepaald percentage bestaat uit plastic zakjes (waarvan ik er vanmorgen op de markt weer een stuk of vijftien heb ‘gekregen’) en dat het ‘eiland’ zich vlak onder de oppervlakte van de oceaan bevindt. Wat we in ieder geval óók weten: dat we absoluut niet weten of er iets tegen te doen is en zo ja, wat dan wel.
Diamond vraagt zich in zijn verhaal over het Paaseiland af, wat de eilandbewoner die de laatste boom omkapte gedacht of gezegd zou kunnen hebben. ‘Banen moeten we hebben, geen bomen!’ zoals veel ondernemers en politici in de Verenigde Staten (en ter rechterzijde ook in Nederland) plegen te roepen? En dan gaat het nog om kwesties waar op een ongelukkig moment de autoriteiten door middel van verkiezingen tot de orde geroepen kunnen worden. Hoewel je je daar ook niet veel bij moet voorstellen – zich iets voorstellen is op het gebied van de toekomst toch lang niet iedereen gegeven. Een bekend voorbeeld van dat laatste is dat de kabeljauw praktisch uitgestorven is door overbevissing. Die overbevissing werd gerechtvaardigd doordat de vissers en de consumenten zich niet kunnen en/of willen voorstellen dat het mogelijk is dat de kabeljauw uitsterft. (Vanmorgen nog een pondje filet meegenomen van de markt, verpakt in meters papier en een plastic tasje. Heerlijk, rauw met een beetje zout.)
Zo ook de tegenstanders van het milieu, de CO2-sceptici, die proberen aan te tonen dat de opwarming van de aarde niet bestaat en dat de kooldioxyde die uit onze uitlaten komt, niets ongunstigs met het klimaat zou kunnen doen. Zij zijn de Paaseilanders die de laatste boom kappen.
Intussen drijft dat stille vuilniseiland in de Stille Oceaan, niemand voelt zich er verantwoordelijk voor. Want vóór je vraagt of er iets aan te doen is, moet je de vraag stellen: en wie moet dat dan doen?
Sterker: misschien plant iemand al tochten per cruiseschip rondom het eiland, of er dwars doorheen. Mooi, man.
_________________
Op de foto: closeup van het rotzooi-eiland.