Om de paar jaar duiken ze weer op: de middenstanders die voorstander zijn van het verlagen van de belasting op auto’s en de prijs van benzine – en het geld darvoor moet dan weggehaald worden bij onzinnige wetenschappen. Die het geld toch maar de ruimte in sturen of onder de grond stoppen.
Waar het de theologie betreft: akkoord. Dat is een wetenschap die over iets gaat dat aantoonbaar niet bestaat. Het schijnt dat er wel eens iets bruikbaars wordt geproduceerd aan de theologische faculteiten die Nederland kent, vaak zijn dat dingen die ook gewoon bij psychologie of sociologie zijn onder te brengen. Maar we zijn vandaag ruimhartig. Als de theologie zich verder beperkt tot fundamenteel onderzoek naar de vraag hoeveel engelen er op de punt van een naald kunnen en of de slang werkelijk heeft gesproken in het Aards Paradijs: be my guest. Hoewel dat natuurlijk ook onderwerpen zijn waarvoor een cursus op de volksuniversiteit (twaalf lessen met lichtbeelden) voldoende soelaas biedt.
Maar de middenstanders bedoelen natuurlijk de theologie niet, maar andere wetenschappen – daarin bijgestaan door populistische partijen – je gaat immers niet vrijwillig het risico lopen voor eeuwig te moeten branden in de hel. Daar komt bij dat de theologie weliswaar pas echt weggegooid geld is, maar het niet erg véél geld.
Nee, het gaat natuurlijk weer over kernfysica en astronomie. Waarom moeten we alles weten van zwarte gaten ver in het heelal? Waarom willen wij weten of er water is op Mars? Waarom zou je trouwens willen weten of er ergens, onmogelijk ver weg, leven is in het heelal? Wat moeten we met de resultaten van de proeven die gedaan gaan worden in de deeltjesversneller in de buurt van Genève, waar, in de terminologie van de middenstanders, miljarden in de grond zijn gestopt voor de hobby van een paar dorre geleerden?
Ja, dat zijn goede vragen. Ik zou natuurlijk kunnen aankomen met voorbeelden uit het verleden, waarbij investeringen in fundamenteel wetenschappelijk onderzoek wel degelijk spectaculaire en direct bruikbare resultaten heeft opgeleverd. Ik noem een zeer bekend voorbeeld: astronomie, gekoppeld aan de ruimtevaart. Een leuke hobby van grote jongens, natuurlijk, maar de computer waarop ik dit stukje schrijf is er wel rechtstreeks uit voortgevloeid, evenals de mobiele telefoon en de flatscreen-tv met digitale ontvangst – en het internet als geheel.
De ruimtevaart exploreert intussen verder, heeft bijvoorbeeld resultaten opgeleverd op het gebied van klimaatonderzoek, de aard van allerlei soorten kosmische straling, de navigatie en natuurlijk Google Maps.
Van kernfysica weet ik niet zo veel. Maar het onderzoek in Genève en de astronomie doen minstens één ding: het scherpt de kennis en het verstand van onze slimste jongens en meisjes nog verder aan, waardoor ze zelf, of latere generaties, misschien in staat zullen zijn met verrassende oplossingen te komen voor allerlei problemen waar de mensheid mee te kampen heeft.
En misschien, heel misschien, kan dan die grotere auto worden aangeschaft die heel weinig brandstof gebruikt.
Tot die tijd moet die mooie Mercedes maar even wachten.