Kinderwagen, z.g.a.n.
Een columnist in de Volkskrant had vorige week een lumineus idee: je kunt aan de hand van het onvolprezen gratis online krantenarchief Delpher allerlei persoonlijke dingen ontdekken. Bijvoorbeeld: de geschiedenis van de woning waarin je woont of zelfs waarin je geboren bent.
De Volkskrantcolumnist woont enkele jaren in een Amsterdams huis uit 1894, en dat leverde, ik veronderstel voornamelijk via de destijds (en tot voor enkele jaren) populaire kleine advertenties in dagbladen, een aantal interessante resultaten op. Niet over de columnist zelf, want sinds die er woonde hadden we internet en waren de advertenties die ‘Zwervertjes’ heetten of ‘Kleintjes’ waarvan de oudere lezers de afkortingen kenden als b.b.h.h. (voor kostgangers of kamerhuurders) en z.g.a.n. (Zo goed als nieuw). Kennelijk waren die advertenties vrij duur en konden de kosten met afkortingen in bedwang worden gehouden.
Dus ik ging snel aan de slag met mijn geboorte-adres en kwam enigszins teleurgesteld te voorschijn uit het archief, met één vermeldinkje: 'Kinderwagen z.g.a.n. te koop, Thijmstraat 153.
Een wel heel korte vermelding van ons toenmalig huisadres, in de krant waarvan ik het bestaan tot nu toe niet wist: de Provinciale Geldersche Courant, en wel die van 9 juni1942.
Mijn ouders woonden sinds 1934 op dat adres, in een kleine arbeiderswoning die gebouwd was in 1925. Ze hadden een dochter die in 1930 geboren was, en in 1936 beviel mijn moeder van ‘Anneke’, een doodgeboren meisje dat enkele dagen later begraven werd in ongewijde grond naast de begraafplaats achter de kerk aan de Nijmeegse Groenestraat, in toen nog geheten parochie van de Heilige Antonius van Padua.
In november 1938 werd ik er geboren in datzelfde voorkamertje, en het had niet veel gescheeld of ik had de bevalling niet overleefd.
In maart 1941 werd mijn zusje Lidia er geboren, tot ieders verrassing een hoogblond engeltje met krulhaar. En in juli 1944 gevolgd door mijn broer Berry, die wel krulhaar had, maar dan ravenzwart.
Moest die het zonder kinderwagen doen? Of had de advertentie geen succes opgeleverd en was de wagen er gewoon nog. Ik heb geen vermoeden. Hoe dan ook: de eerste tijd na Berry's geboorte had je buitenshuis vrijwel niks te zoeken, met of zonder kinderwagen. Als hij huilde kreeg hij een speen met wat cognac en verder werd hij opgevoed met roggepap. Dat maakte van hem een smulpaap.
Maar ik draai eromheen.
Want ruim een jaar na de geboorte van Lidia zetten mijn ouders dus hun zo goed als nieuwe kinderwagen te koop – als was er besloten dat het met drie kinderen wel welletjes was. Berry zou dus een ‘ongelukje’ geweest kunnen zijn. Elk gezin telt een aantal intrigerende geheimen.
Ik was erbij en maakte er niks van mee, op de schaarse foto’s uit die tijd was ik een kleuter die niet bar vrolijk de wereld inkeek en al helemaal niks vermoedde van handel in kinderwagens.
Vóór en na 9 juni 1942 was er dus niks te koop opdat adres. Er was natuurlijk ook geen Marktplaats.
En het zwartste deel van de Tweede Wereldoorlog moest nog beginnen.
Laatste reacties